SPOELEN VAN DE WATER-
KANALEN
Na het varen in modderig, brak of zout water
moeten de waterkanalen met zoet water wor-
den gespoeld en moet de buitenzijde van de
motor ook met zoet water worden gereinigd.
Spoel de waterkanalen op een van de volgende
aangegeven manieren.
BIJ DRAAIENDE MOTOR
–
motor verticaal
Suzuki adviseert om de waterkanalen bij voor-
keur op deze manier te spoelen.
Om de waterkanalen te spoelen heeft u een
speciale spuitmond nodig.
V WAARSCHUWING
Uitlaatgassen bevatten koolmonoxide, een
gevaarlijk gas dat nauwelijks waarneembaar
is omdat het kleurloos en reukloos is. Het
inademen van koolmonoxide kan zeer gevaar-
lijk of zelfs dodelijk zijn.
Start de motor niet en laat die niet draaien in
een ruimte met onvoldoende ventilatie.
V WAARSCHUWING
Het is gevaarlijk wanneer u niet de juiste voor-
zorgsmaatregelen neemt bij het spoelen van
de waterkanalen.
Neem bij het spoelen van de waterkanalen
altijd de volgende voorzorgsmaatregelen:
• Zorg dat de motor in de neutraalstand blijft
staan. Als de vooruit- of achteruitstand
ingeschakeld wordt, gaat de schroefas
draaien waardoor letsel kan ontstaan.
• Zorg ervoor dat de motor tijdens het spoe-
len stevig vastzit op een standaard of op de
boot en blijf in de buurt tot het spoelen
klaar is.
• Houd kinderen en huisdieren op afstand en
blijf uit de buurt van alle bewegende onder-
delen.
84
LET OP
Als de motor wordt gestart zonder dat er water
naar het koelsysteem wordt gevoerd, kan de
motor binnen een tijdsbestek van slechts 15
seconden zwaar beschadigd raken.
Start de motor nooit zonder dat er water naar
het koelsysteem wordt gevoerd.
1. Zet de motor af en laat deze afkoelen.
2. Plaats de spuitmond 1 zodanig dat de wate-
rinlaten afgedekt zijn door de rubber cups.
3. Sluit een tuinslang aan op de spuitmond en
draai de kraan voldoende ver open zodat
water langs de cups van de spuitmond naar
buiten stroomt.
4. Zet de hendel van de afstandsbediening in
de stand NEUTRAAL met de schroef verwij-
derd, start de motor en laat deze stationair
draaien.
5. Draai de kraan indien nodig verder open om
ervoor te zorgen dat er nog steeds vol-
doende water langs de cups stroomt.
6. Laat het water gedurende enkele minuten
doorspoelen.
7. Zet eerst de motor uit en draai daarna de
kraan dicht.
8. Verwijder de spuitmond en verwijder de tape
van waterinlaat 1.
9. Reinig de buitenkant van de motor en breng
een autowas aan op de gelakte onderdelen.