Kolom
Item
14
Status
15
Unieke ID
Itemnamen worden niet vastgelegd in het CDR-bestand.
*1
[Kanaalinformatie]
Type terminal/
toestel
SLT
Analoge netlijn
Deurintercom
SIP toestel
SIP-netlijn
[Voorbeeld]
Wanneer de volgende handelingen worden uitgevoerd, worden de CDR-gegevens als volgt vastgelegd:
Patroon A: Toestel (102) belt toestel (201). Toestel (201) neemt op en begint het gesprek.
Kosten-
Beller
code
102
*1
De resultaten van het plaatsen/ontvangen van gesprekken worden
als volgt weergegeven:
•
ANSWERED
•
NO ANSWERED
•
BUSY
•
FAILED
Wordt gebruikt als ontwikkelaarsinformatie.
Kanaalinformatie
DAHDI/n-m
n geeft het poortnummer als volgt aan:
•
•
•
m wordt gebruikt als ontwikkelaarsinformatie.
SIP/n-yyyyyyyy
n toont de gebruikersnaam van de SIP-telefoon. Zie SIP-
gebruikersnaam in 2.3.1 PBX-configuratie—[2-1] Toestel—
Poort in de Lijst met programmeerbare items.
yyyyyyyy wordt gebruikt als ontwikkelaarsinformatie.
SIP/n-qqqqqqqq
n verwijst naar de volgende informatie:
•
•
•
qqqqqqqq wordt gebruikt als ontwikkelaarsinformatie.
Persoon
Bronka-
die wordt
naal
gebeld
SIP/
na-
201
me-00ee9
a70
Beschrijving
n = 1—8: Poort voor netlijn (1—8)
n = 9—32: Poort voor toestel (1—24)
n = 33—34: Poort voor deurintercom (1—2)
''carrier1_'': Provider 1
''carrier2_'': Provider 2
Verificatie-ID: de verificatie-ID van de SIP-carrier. Zie 2.4.7
PBX-configuratie—[3-7] Netlijn—Eigenschap SIP-netlijn
in de Lijst met programmeerbare items.
Doelkanaal
DAHDI/9-1
3.12.2 CDR (Gespreksgegevens)
Opmerking
Functie
Optie 1
Dial
Funktiehandleiding
Optie 2
DAHDI/
9,30,
69