Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Kalibratiegas dichtdraaien en kalibratie-adapter verwijderen.
Wacht tot de meetwaarde onder de alarmdrempel valt die ingesteld is op de cen-
trale. Anders wordt een alarm getriggerd als onmiddellijk na de kalibratie de on-
derhoudsschakelaar naar de stand voor de meetmodus wordt geschakeld.
1 Onderhoudsschakelaar op stand "Meten" zetten, linker positie. De 4 tot 20 mA
uitgang wisselt in de meetmodus.
Frontdeksel in de serviceopening plaatsen en met een inbussleutel sluiten door
het deksel in de richting van de wijzers van de klok (ca. 60

Sensor vervangen

Indien nodig is het mogelijk de sensor te vervangen zonder de voedingsspanning in
het Ex-gebied te onderbreken.
Alleen DrägerSensoren gebruiken die geschikt zijn voor de transmitter
Polytron 3000.
Bij het gebruik van de transmitter in Ex-gebieden Class II, Div. 1 & 2, Groups E, F,
G is het niet toegestaan de behuizing te openen (of de sensor te vervangen)
zolang de installatie onder spanning staat. Een andere oplossing is de tijdelijke
opheffing van het Ex-gebied! Gevaar voor ontploffingen!
Frontdeksel van de serviceopening met een inbussleutel openen door het deksel
tegen de richting van de wijzers van de klok (ca. 60
schakelaars en potentiometers voor de kalibratie zijn nu vrij toegankelijk.
Maak alleen gebruik van inbussleutels (5 mm) zonder kogelkop.
1 Onderhoudsschakelaar op de rechter stand zetten. De 4 tot 20 mA uitvoer wis-
selt naar de onderhoudsmodus. Deze stand koppelt een onderhoudssignaal aan
de analoge uitgang en voorkomt de triggering van alarmen.
2 Bajonetring van de transmitter verwijderen; oude sensor eruit trekken.
3 Sensor uit de verpakking halen. Waarborg dat het sensortype overeenkomt met
het type dat op de sticker van het meetinstrument vermeld is.
Indien geplaatst kortsluitingsbrug van de sensor verwijderen.
Op de achterzijde van de sensor bevindt zich een gecodeerde connector. De
sensor zodanig in de sensoropening plaatsen dat de codering van de connector
naar achteren en het Dräger-logo naar voren wijst.
Alvorens de connector in het chassisdeel te plaatsen dient u erop te letten dat
de codering van connector en chassisdeel overeenstemmen. Bij foutieve aan-
sluiting kan de sensor worden beschadigd!
2 Sensor met bajonetring in de transmitter bevestigen.
Wacht tot de meetwaarde onder de alarmdrempel valt die ingesteld is op de cen-
trale. Anders wordt een alarm getriggerd als onmiddellijk na de kalibratie de on-
derhoudsschakelaar naar de stand voor de meetmodus wordt geschakeld.
o
VOORZICHTIG
o
) te draaien. De onderhouds-
VOORZICHTIG
) te draaien.
Onderhoud en reparaties
Polytron
1
Polytron
1
Polytron
3
2
17

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave