8. APPENDIX
8.1 Bediening procedures
Part No. E04297:NL
Het navolgende overzicht van bediening procedures is
gebaseerd op een voorstel van de UK Maritieme en Kustwacht
instanties. Dit overzicht is slechts beperkt en dient niet te wor-
den beschouwd als vervanging van informatie die wordt gedo-
ceerd tijdens een MARCOM B cursus (zie paragraaf 1.3).
8.1.1 Een noodoproep verzenden
1. Verzend een noodoproep (zie paragraaf 2.7).
2. Wacht 15 seconden voor een DSC bevestiging van de
Kustwacht of een schip.
3. Zend na 15 seconden of na ontvangst van een DSC beves-
tiging de noodoproep uit op kanaal 16
"Mayday, Mayday, Mayday"
"This is (naam vaartuig, driemaal te herhalen)"
"Mayday"
MMSI nummer en naam vaartuig of roepnaam, eenmaal te ver-
melden
Positie
Aard van de noodtoestand
Als een vaartuig niet in "ernstig en onmiddellijk gevaar" ver-
keert dan is een All Ships Urgentie oproep, gevolgd door een
gesproken "Pan Pan" oproep of een routine oproep naar het
dichtstbijzijnde kuststation wellicht meer op zijn plaats. Het
uitzenden van een Noodoproep terwijl de bemanning of het
schip zich niet in onmiddellijk gevaar bevinden is een strafbaar
feit waartegen justitiële actie kan worden ondernomen.
8.1.2 Een noodoproep bevestigen en doors-
turen
Indien een DSC bericht wordt ontvangen dan wordt hoorbaar
alarm gegeven. Onderbreek onmiddellijk elke uitzending die
het noodberichten verkeer kan verstoren en blijf uitluisteren op
kanaal 16.
Als er binnen een kort tijdsverloop geen DSC bevestiging van
een kuststation volgt bevestig dan de oproep op kanaal 16 met
een gesproken bericht:
"Mayday (MMSI nummer vaartuig in nood, driemaal
hehalen)"
"This is (naam eigen vaartuig, driemaal herhalen)"
Handleiding
77