C
Opmerkingen over de beeldmodus
De instelling voor de beeldmodus kan tevens worden ingesteld in andere opnamestanden dan
A (Autostand). De gewijzigde instelling wordt tevens toegepast op andere opnamestanden.
Mogelijk wordt de instelling niet gewijzigd bij gebruik van bepaalde instellingen van andere functies.
C
Aantal opnamen dat kan worden vastgelegd
Het geschatte aantal opnamen dat kan worden opgeslagen kan worden gecontroleerd op de monitor
tijdens het opnemen (A 20).
Opmerking: vanwege de JPEG-compressie kan het aantal beelden dat kan worden opgeslagen sterk
variëren afhankelijk van de inhoud van de opname, zelfs bij gebruik van geheugenkaarten met dezelfde
capaciteit en dezelfde instelling voor de beeldmodus. Bovendien kan het aantal beelden dat kan worden
opgeslagen variëren afhankelijk van het merk van de geheugenkaart.
Als het aantal resterende opnamen 10.000 of meer bedraagt, wordt het aantal resterende opnamen op de
monitor weergegeven als "9999".
C
Opnamen afdrukken op 1:1-formaat
Wijzig de printerinstelling in "Rand." De opnamen kunnen, afhankelijk van de printer, mogelijk niet
1:1 worden afgedrukt.
E28