Beelden die continu werden vastgelegd (reeks) weergeven en wissen
Beelden in een reeks weergeven
Beelden die via continu-opname zijn vastgelegd worden als reeks opgeslagen.
Het eerste beeld van een reeks wordt gebruikt als de hoofdfoto om
de reeks weer te geven bij weergave in schermvullende
weergavestand of miniatuurweergavestand (standaardinstelling).
U kunt elk beeld in de reeks afzonderlijk weergeven door op de
knop k te drukken.
Nadat u op de knop k hebt gedrukt, zijn de onderstaande
bewerkingen beschikbaar.
U kunt het vorige of volgende beeld weergeven door op
JK van de multi-selector te drukken.
U kunt beelden weergeven die niet zijn opgenomen in de reeks
door op H te drukken om terug te gaan naar de weergave van
de hoofdfoto.
U kunt beelden in een reeks als miniaturen weergeven of deze
afspelen in een diashow door Reeksweergaveopties in te
stellen op Individuele foto's in het weergavemenu (E51).
B
Reeksweergaveopties
Beelden die via continu-opname zijn vastgelegd met andere camera's dan deze kunnen niet als reeks
worden weergegeven.
C
Beschikbare opties in het weergavemenu bij gebruik van reeksen
Wanneer beelden in een reeks worden weergegeven in de schermvullende weergave, drukt u op de knop
d om functies te selecteren in het weergavemenu (A 64).
Als u op de knop d drukt terwijl een hoofdfoto wordt weergegeven, kunnen de volgende instellingen
worden toegepast op alle beelden in de reeks:
- Afdrukopdracht, Beveiligen, Kopiëren
E6
0 0 0 4 . J P G
0 0 0 4 . J P G
1 5 / 0 5 / 2 0 1 4 1 5 : 3 0
1 5 / 0 5 / 2 0 1 4 1 5 : 3 0
Terug
Terug
0 0 0 4 . J P G
0 0 0 4 . J P G
1 5 / 0 5 / 2 0 1 4 1 5 : 3 0
1 5 / 0 5 / 2 0 1 4 1 5 : 3 0
1 / 5
1 / 5
1 / 5
1 / 5