Voor u een bocht neemt, snelheid
minderen of remmen en de bocht met
matige en constante snelheid nemen of
lichtjes versnellen; rem niet op het
laatste moment: de motorfiets raakt dan
heel waarschijnlijk aan het slippen.
Voortdurend remmen op dalingen kan
o v e r v e r h i t t i n g v a n d e
veroorzaken, waardoor de remkracht
vermindert. Gebruik de motorrem en
wissel deze af met beide wielremmen.
Zet nooit de motor uit terwijl u afdaalt.
Rijd niet te snel, rem niet bruusk en
maak geen plotselinge bewegingen
waardoor u kunt slippen en vallen op
een nat wegdek, of een wegdek waarop
d e m o t o r g e e n g o e d e g r i p h e e f t
(sneeuw, ijs ,modder).
Let op elk obstakel op de weg, en op
elke wijziging in de vorm van het
wegdek.
O n e f f e n h e d e n ,
riooldeksels, op de weg geschilderde
s c h i j v e n
verkeerstekens, metalen platen worden
g l a d a l s h e t r e g e n t : r i j d e r h e e l
v o o r z i c h t i g o p , z o n d e r b r u u s k e
bewegingen en houd het voertuig zo
recht mogelijk.
G e b r u i k
richtingaanwijzers om te signaleren dat
u een andere baan of richting gaat
n e m e n e n v e r m i j d b r u u s k e e n
gevaarlijke manoeuvres.
Schakel de richtingaanwijzers meteen
uit nadat u van richting hebt veranderd.
Wees uiterst voorzichtig als u inhaalt of
door anderen wordt ingehaald.
A l s h e t r e g e n t , v e r m i n d e r t d e
"waterwolk" van grote voertuigen die
voor u rijden, de zichtbaarheid;
GEVAAR
t r e i n s p o r e n ,
a l t i j d
e n
o p
t i j d
u w
HET VOERTUIG INRIJDEN
Het voertuig inrijden is van fundamenteel
belang voor de levensduur en het perfect
functioneren van de motor.
Rijd in het begin vooral op wegen met veel
bochten en hellingen om de ophangingen
en de remmen goed in te rijden.
Wissel uw snelheid af tijdens het inrijden.
Verhoogt hiermee de arbeid van alle
componenten, om deze vervolgens te
verminderen en de motordelen te laten
afkoelen.
Ook al is het belangrijk om tijdens het
inrijden alle motordelen te laten werken,
dient u hierin niet te overdrijven.
BELANGRIJK
Alleen na de eerste
2000 km (1243 mijl) kunt u de beste rij- en
snelheidsprestaties uit het voertuig halen.
L e e f i n e l k g e v a l d e v o l g e n d e
voorschriften na:
u
Geef nooit volledig gas in de laagste
versnellingen, zowel tijdens als na het
inrijden.
u
Gebruik de remmen tijdens de eerste
100 km (62 mijl) voorzichtig en rem niet
b r u u s k
o f
l a n g d u r i g .
wrijvingsmateriaal van de remblokken
past zich op deze manier beter aan de
schijven aan.
u
Voer tijdens de eerste 1000 km (625
mijl) het toerental niet hoger op dan
5000 toeren/min (rpm).
gebruik en onderhoud Nevada
H e t
41