Tabel 8. Druktoetsen voor het bijstellen van de mA
afgifte
Druktoets
X
Verhoogt met 0,1 mA
R
COARSE
X
Verhoogt met 0,001 mA
M
FINE
FINE
Verlaagt met 0,001 mA
h
W
COARSE
Verlaagt met 0,1 mA
r
W
Bijstelling
Stroomafgiftefuncties gebruiken
Handmatig getrapte mA-afgifte
Als de draaiknop zich in de stand OUTPUT [ mA bevindt
en de uitgangen op een juiste belasting zijn aangesloten,
produceert de meter een stabiele mA dc-afgifte. De meter
begint met 0 % aanvoer of simulatie. Gebruik de
druktoetsen om de stroom in stappen van 25 % te
verhogen of te verlagen (zie tabel 9). Zie tabel 10 voor
de mA-waarden bij elke stap van 25 %.
Selecteer aanvoer of simulatie door de uitgangen
SOURCE of SIMULATE te kiezen.
Als de meter de geprogrammeerde stroom niet kan
leveren omdat de belastingsweerstand te hoog is of de
spanning van de kringvoeding te laag is, verschijnen er
streepjes (-----) op het cijferdisplay. Als de impedantie
over de SOURCE-aansluitingen laag genoeg is, hervat de
meter de aanvoer.
De in tabel 8 beschreven druktoetsen COARSE
en FINE zijn te gebruiken wanneer u
de stroomafgifte handmatig getrapt bijstelt.
ProcessMeter™
NB
25