Stopprogramma, steek nr. 10
Gebruik terugtransportzool nr. 1
Stoppen met de terugtransportzool nr. 1
(stekenteller-automaat)
naald links boven de beschadigde plek in de stof
•
zetten
eerste lengte naaien en naaicomputer stopzetten
•
op de achteruitnaaiknop boven de naald drukken: de
•
lengte is geprogrammeerd
stopprogramma verder naaien; de naaicomputer
•
stopt automatisch
programmering uitschakelen m.b.v. de «clr/del»-toets
•
Bij een grote oppervlakte
de oppervlakte kan door het verschuiven van de stof
•
in de lengte en breedte worden vergroot
Knoopsgat, steek nr. 11
Gebruik knoopsgat-sledezool nr. 3
Voorbereiding
knoopsgat kiezen
•
op het LCD beeldscherm verschijnt het knoopsgatnummer,
•
de aanbevolen naaizool nr. 3 en het knoopsgatsymbool (de
eerste fase knippert)
onderdraad in de vinger van de spoelhuls rijgen =
•
draadspanning is iets hoger
markeer de knoopsgatlengte op de gewenste plaats
•
Maak altijd een proefknoopsgat
gebruik hiervoor de originele stof en het originele verstevi-
•
gingsmateriaal
knoopsgat in dezelfde richting als het uiteindelijke
•
knoopsgat op de stof naaien (in de lengte of dwars)
snijd het knoopsgat open
•
schuif de knoop door het knoopsgat, corrigeer de
•
knoopsgatlengte indien noodzakelijk
Kies een handmatig knoopsgat als dit maar één keer
voorkomt, voor het verstellen van bestaande knoopsgaten of
voor decoratieve toepassingen. Een handmatig knoopsgat
kan niet worden opgeslagen.
Nuttige steken
29