11.
Opstellen & Montage
Als u zoals in hoofdstuk 9 beschreven, de onderdelen van het systeem in gebruik heeft
genomen, kunt u nu de buitensensor op een geschikte plaats bevestigen. Hetzelfde geldt
voor het weerstation.
Let bij het boren en vastschroeven er op, dat er geen kabels of leidingen
beschadigd raken!
Voordat u het boorgat voor een wandmontage maakt, moet u eerst controleren of
op de montageplek een goede ontvangst van de zendgegevens (DCF- en
meetgegevens van de buitensensor) mogelijk is
a) Weerstation
Het weerstation kan met de tafelstandaard (16) op een geschikte plaats opgesteld worden.
De plek dient horizontaal, voldoende groot en vlak te zijn, bovendien buiten bereik van
kinderen.
Voor de wandmontage beschikt het weerstation over een ophangoog (14) op de achterzijde.
De tafelstandaard kan dan ingeklapt worden.
Zorg er voor, dat de opstel- of montageplaats van het weerstation niet in de buurt van
radiatoren of derg. ligt. Ook dient directe zonnestraling vermeden te worden (het weerstation
kan zich dan opwarmen, waardoor de kamertemperatuur onjuist gemeten wordt).
b) Buitensensor
Plaats de buitensensor op een beschutte buitenplaats welke de gehele dag in de schaduw
ligt, anders zou door zonnestraling de temperatuur onjuist gemeten worden. Hetzelfde geldt
als er langere tijd de sensor blootgesteld wordt aan regen of sneeuw (de temperatuursensor
zou dan niet meer de luchttemperatuur meten).
Gebruik de buitensensor nooit in of onder water, daardoor zou hij onherstelbaar
beschadigd raken!
18