(2) Controleer, nadat de leidingen zijn aangesloten, of de afvoer naar behoren werkt.
• Giet via de afvoeropening 600 ml vloeistof in de lekschaal om de afvoer te controleren.
VOORZORGSMAATREGELEN
Aansluitingen voor afvoerleidingen
Sluit de afvoerleidingen nooit direct aan op een rioolbuis die naar ammoniak ruikt. De ammoniak in het
riool kan dan de binnenunit binnenunit binnendringen via de afvoerleidingen, waardoor de warmtewisse-
laar gaat corroderen.
14
Plastic bakje
om water mee
te gieten
Zorg ervoor dat het water niet opspat.
Zorg ervoor dat de leidingen een
verval van tenminste 1/100 hebben,
om te voorkomen dat er luchtophoping ontstaat.
Door opgehoopt water in de afvoerleidingen kan
de afvoer verstopt raken.
Luchtuitlaat
Centrale afvoerleiding
Nederlands