3
Plaats de cd met printersoftware in het cd-rom-station.
4
Klik op Installeren.
5
Kies de netwerkoptie in het dialoogvenster Printer aansluiten.
6
Selecteer Rechtstreekse netwerkaansluiting in het dialoogvenster Netwerk instellen.
7
Selecteer in de lijst met netwerkprinters de printer en afdrukserver.
Opmerking: Als er meerdere items worden weergegeven, selecteert u het item waarvan het MAC-adres
overeenkomt met het MAC-adres op de afdrukserver. Zie "MAC-adres zoeken" op pagina 52 voor meer
informatie.
Poortinstelling controleren
Alleen gebruikers van Windows 2000 en Windows XP:
1
Klik op Start
Instellingen
2
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Lexmark 6500 Series.
3
Kies Eigenschappen in het snelmenu.
4
Klik op de tab Poorten.
5
Controleer het volgende:
•
De poort is ingesteld op een USB-poort.
•
De poort niet is ingesteld op Bestand.
Alleen gebruikers van Windows Vista:
1
Klik op het startpictogram
2
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Lexmark 6500 Series.
3
Kies Eigenschappen in het snelmenu.
4
Klik op de tab Poorten.
5
Controleer het volgende:
•
De poort is ingesteld op een USB-poort.
•
De poort niet is ingesteld op Bestand.
Draadloos netwerk
Draadloze netwerkverbinding gebruiken
Deze printer bevat een interne, draadloze afdrukserver waarmee de printer kan worden gebruikt op een draadloos
netwerk. U hebt wellicht de volgende instellingen van uw huidige draadloze netwerk nodig om de printer te
configureren voor gebruik op het netwerk:
•
De netwerknaam ook wel SSID genoemd
•
De draadloze modus (het type draadloos netwerk dat u gebruikt, Ad-hoc of Infrastructuur)
•
Het type beveiliging dat wordt gebruikt op het netwerk (WEP, WPA of WPA2)
•
Van toepassing zijnde beveiligingssleutels of wachtwoorden die worden gebruikt met het coderingstype van de
netwerkbeveiliging
Printers of Printers en faxapparaten.
Configuratiescherm
54
Printers.