Knoopsgaten naaien/knopen aanzetten
g
Draai het handwiel naar u toe (tegen de klok in) om te
controleren of de naald goed in de twee gaten van de
knoop gaat.
Als de naald de knoop lijkt te raken, meet u opnieuw de
afstand tussen de gaten in de knoop. Stem de
steekbreedte af op de afstand tussen de gaten in de
knopen.
VOORZICHTIG
• Let tijdens het naaien op dat de naald de
knoop niet raakt. Anders kan de naald
verbuigen of breken.
h
Begin met naaien.
Zet de schuifknop voor snelheidsregeling naar links
(zodat de snelheid laag is).
→ Druk op
(verstevigingssteektoets) om
verstevigingssteken te naaien aan het eind van het
naaiwerk.
• Druk niet op
(draadafkniptoets).
i
Knip met een schaartje de bovendraad en de
onderdraad af aan het begin van het stiksel.
Trek de bovendraad na het naaien naar de achterkant
van de stof en knoop deze vast aan de onderdraad.
j
Wanneer u klaar bent met het aannaaien van de knoop,
schuift u de transporteurstandschakelaar naar
(rechts, gezien vanaf de achterkant van de machine) en
draai het handwiel om de transporteur omhoog te
zetten.
Memo
• De transporteur gaat omhoog als u weer gaat
naaien.
S-18
■ Een knoopvoet bevestigen
Als u een knoop met een knoopvoet wilt bevestigen,
bevestigt u de knoop op enige afstand van de stof, en
draait u daar met de hand draad omheen. Zo bevestigt u
de knoop stevig.
Plaats de knoop in knoopaanzetvoet "M" en trek de
a
knoopvoethendel naar u toe.
1 Knoopvoethendel
b
Wanneer u klaar bent met naaien, knipt u de
bovendraad royaal af. Het uiteinde windt u tussen de
knoop en de stof. Vervolgens knoopt u dit aan de
bovendraad aan het begin van het stiksel.
Knoop de uiteinden van de onderdraad aan het begin
en het eind van het naaiwerk aan de achterkant van de
stof aan elkaar.
c
Knip eventuele overtollige draad af.
1