Pagina 1
Hinweise zur Anpassung für Fachhändler und Therapeuten Programmierfunktion · Modellreihe M12 Information for Therapists and DME Dealers Programming Guide · Model M12 Informations pour les thérapeutes et les commerçants spécialisés Les fonctions de programmation · Serie de modelos M 12 Información para terapeutas y comercios especializados Funciones de programación ·...
Informatie voor therapeuten en vakhandlaars Inhoud 1. Algemene aanwijzingen 2. Instelmogelijkheden 3. Leren rijden 4. Individuele aanpassing van de motorische ondersteuning 5. Compenseren van krachtverschil 6. Belangrijke tips met betrekking tot de actieradius...
Aanwijzingen voor het aanpassen door speciaalzaken en therapeuten 1. Algemene aanwijzingen Bij rolstoelen met een actieve aandrijving leidt alleen een optimale aanpassing tot de grootst mogelijke bewegingsvrijheid voor de gebruiker. e·motion biedt diverse moge- lijkheden voor een afstemming die tegemoet komt aan diens behoeften. Met de vol- gende functies en eigenschappen kunt u - afzonderlijk of in combinatie - de rolstoel aanpassen aan de persoonlijke behoeften van de gebruiker: Variabele aanbouw van de wielen...
2. Instelmogelijkheden Motorische ondersteuning Het motorvermogen kan door een druk op de knop [1] op twee niveaus worden inge- steld. Dit maakt het mogelijk de motorische ondersteuning aan te passen aan de per- soonlijke behoeften van de rolstoelgebruiker. Het ondersteuningsniveau 1 is gewoonlijk bestemd voor het gebruik binnenshuis en voor het normale gebruik buitenshuis.
Pagina 5
De vereiste krachtsinspanning in verhouding tot de sensorinstelling blijkt uit het vol- gende diagram: minimaal = de sensorstelknop (2) bevindt zich helemaal in het „+“ bereik gemiddeld = de sensorstelknop bevindt zich in het midden van het instelbereik maximaal = de stelknop bevindt zich helemaal in het „-“ bereik Sensorgevoeligheid Krachtsinspanning in Newton Op niveau 2 (tot 100% motorische ondersteuning) volstaat reeds een geringe rest-...
Pagina 6
Programmeren van de rijparameters De programmeerschakelaars bevinden zich achter een verschuifbaar folie [1] binnen in de wielnaaf. Draaischakelaar [2] Hiermee kunnen 10 verschillende, opgeslagen rijparameters (combinaties van aanloop, mate van ondersteuning en naloop) worden ingesteld om de e-motion optimaal aan te passen aan de behoeften van de rolstoelgebruiker.
Pagina 7
[3] DIP-schakelaar Hiermee kunnen enkele systeemfuncties vooraf worden ingesteld. Schakelaar 1 Als de DIP-schakelaar op OFF wordt gezet, kan de instelling van rijniveau / motorische ondersteuning niet meer worden gewijzigd. Dit is b.v. bij oudere patiënten zinvol, voor wie het aantal te regelen functies zoveel mogelijk beperkt moet worden (veiligheid). schakelaar actief (fabrieksinstelling) OFF: schakelaar inactief...
3. Leren rijden Zorg ervoor dat de kantelbare steunen op de rolstoel zijn bevestigd voordat de gebru- iker ermee gaat rijden; dit is om veiligheidsredenen vereist. Eerst dient de gebruiker vertrouwd te worden gemaakt met de werking van de e·motion in de fabrieksinstelling (niveau 1, gevoeligheid „hoog“).
Pagina 9
Wanneer de gebruiker het rechtuitrijden en het remmen en vertragen onder de knie heeft, dient ook het rijden van bochten en het keren op de plaats te worden geoefend. Oefening 2: Rijden van bochten / afslaan Oefening 3: Op de plaats keren Bij het handmatig vertragen van de grijpringen ondersteunt het systeem ook het rem- men door middel van de elektromotor.
4. Individuele aanpassing van de motorische ondersteuning Wanneer de gebruiker de eenvoudige rijmanoeuvres onder de knie heeft, kan de moto- rische ondersteuning worden verhoogd van niveau 1 naar niveau 2. Het systeem reage- ert nu met aanzienlijk meer ondersteuning dan op niveau 1 het geval was. Naarmate de motorische ondersteuning toeneemt, wordt ook de geprogrammeerde „na- loop“...
6. Belangrijke tips met betrekking tot de actieradius De actieradius is het grootst als er op ondersteuningsniveau 1 in een constant tempo wordt gereden. Bij testritten onder deze condities bedroeg de actieradius meer dan 12 km. Veelvuldig optrekken en afremmen alsmede voortdurend bijsturen kunnen een aanzienlijke verkleining van de actieradius tot gevolg hebben.