Proline Prosonic Flow P
4.
Borg de beugel om de sensorbehuizing op de sensorhouder te vergrendelen.
14
Vastzetten van de sensorbehuizing
5.
Sluit de sensorkabel aan op de adapterkabel.
Hiermee is de montageprocedure afgerond. De sensoren kunnen nu op de
transmitter worden aangesloten met de verbindingskabels.
• Het zichtbare meetbuisoppervlak moet schoon zijn (vrij van verf en/of roest) om een
goed akoestisch contact te waarborgen.
• Indien nodig, kunnen de houder en de sensorbehuizing worden geborgd met een
schroef/moer of een loodzegel (niet meegeleverd.
• De beugel kan alleen met behulp van gereedschap worden losgemaakt (bijv.
schroevendraaier).
Sensorinstallatie – gemiddelde/grote nominale diameters DN 50 tot 4000 (2 tot 160")
Installatie voor meting via 1 traverse
Voorwaarden
• De installatie-afstand en de draadlengte zijn bekend → 16
• Bevestigingsband zijn voorgemonteerd
Endress+Hauser
Installatie
A0043378
27