FOTO OPNAMEMODUS (FOTO)
NL
AFSTANDSINSTELLING (SCHERPSTELLEN)
Met de Leica Q2 kan de afstandsinstelling zowel automatisch als
ook handmatig gebeuren. Bij het fotograferen met autofocus zijn 2
modi en 3 meetmethoden beschikbaar.
FOTOGRAFEREN MET AF
▸
AF/MF-ontgrendeling indrukken en ingedrukt houden
▸
Afstandsinstelring op de stand Position AF instellen
▸
Eventueel AF-meetveld positioneren
▸
Ontspanner aantikken, en zodanig ingedrukt houden
• De afstandsinstelling wordt eenmaal (AFs) respectievelijk
continu (AFc) verricht.
• Bij geslaagde meting: AF-meetveld groen.
• Als de meting niet is geslaagd: AF-meetveld rood.
• Alternatief kunnen afstandsinstelling en / of belichtingsinstel-
ling met de Zoom/Lock-knop worden gerealiseerd en worden
opgeslagen (opslaan van de meetwaarde, zie pagina 80)
▸
De opname maken
FOTOGRAFEREN MET MF
▸
AF/MF-ontgrendeling indrukken en ingedrukt houden
▸
Afstandinstelring uit de positie AF draaien
▸
Scherpstellen met de afstandsinstelring
▸
De opname maken
Meer informatie daartoe vindt u in de volgende hoofdstukken.
60
AUTOFOCUS-MODI
De volgende AF-modi zijn beschikbaar:
AF-modus wordt in de kopregel weergegeven.
AFs (single)
Geschikt voor onderwerpen zonder of met slechts zeer geringe
beweging. De afstandsinstelling wordt slechts eenmaal verricht en
blijft dan opgeslagen, zolang de ontspanner aan het drukpunt
wordt gehouden. Dat geld ook als het AF-meetveld op een ander
onderwerp wordt gericht.
AFc (continuous)
Geschikt voor bewegende onderwerpen. De afstandsinstelling
wordt continu aangepast aan het onderwerp in het AF-meetveld,
zolang de ontspanner aan het eerste drukpunt wordt gehouden.
▸
In het hoofdmenu,
kiezen
Focusing
Focusing
▸
In het submenu,
kiezen
Focus Mode
Focus Mode
▸
Gewenste instelling kiezen
en
. De actieve
AFs
AFs
AFc
AFc