Download Print deze pagina
Yamaha MONTAGE 6 Aanvullende Handleiding
Verberg thumbnails Zie ook voor MONTAGE 6:

Advertenties

Inhoudsopgave
Nieuwe functies in MONTAGE versie 3.50 ...... 3
Aanvullende nieuwe performances....................4
Nieuwe Smart Morph-functie .............................5
Extra patroonfuncties .......................................13
Verbeterde gebruikersinterface
voor patronen...................................................17
MODX-bestanden importeren ..........................19
Verbeterde bestuurbaarheid ............................20
Overig ..............................................................22
Nieuwe functies in MONTAGE versie 3.00 .... 23
Aanvullende nieuwe effecttypen ......................24
Aanvullende nieuwe performances..................25
Nieuwe functie Pattern Sequencer ..................26
Nieuwe functie Rhythm Pattern .......................49
Live Set ............................................................52
Scene...............................................................54
Edit...................................................................56
Utility ................................................................58
MIDI-gegevensontvangst
met USB TO DEVICE ......................................62
Verbeterde gebruikersinterface........................63
Sequencer Block..............................................64
Nieuwe functies in MONTAGE versie 2.50 .... 65
Aanvullende nieuwe performances..................66
Functie DAW Remote ......................................67
Play/Rec...........................................................70
Part Edit (Edit)..................................................71
Utility ................................................................72
Dialoogvenster Control Assign.........................73
Functie Panel Lock ..........................................74
Nieuwe functies in MONTAGE versie 2.00 .... 75
Aanvullende nieuwe performances..................76
MUSIC SYNTHESIZER
Aanvullende handleiding
Common/Audio Edit (Common/Audio) ............ 77
Part Edit (Edit)................................................. 79
Utility ............................................................... 80
Envelope Follower........................................... 85
Dialoogvenster Control Assign........................ 86
Nieuwe functies in MONTAGE
versie 1.60 ........................................................ 87
Additional New Effect Types
(Aanvullende nieuwe effecttypen) ................... 88
Additional New Performances
(Aanvullende nieuwe performances)............... 89
Motion Control................................................. 90
Common/Audio Edit (Common/Audio) ............ 91
Part Edit (Bewerken) ....................................... 93
Nieuwe functies in MONTAGE versie 1.50 .... 94
Additional New Effect Types
(Aanvullende nieuwe effecttypen) ................... 95
Additional New Performances
(Aanvullende nieuwe performances)............... 97
Category Search ............................................. 98
Performance Play (Home)............................. 100
Motion Control............................................... 104
Utility ............................................................. 105
Edit (Modus Edit)........................................... 112
Nieuwe functies in MONTAGE
versie 1.20 ...................................................... 113
Motion Control............................................... 114
Play/Rec........................................................ 115
Category Search ........................................... 117
Utility ............................................................. 118
Common/Audio Edit (Common/Audio) .......... 120
Part Edit (Bewerken) ..................................... 122
NL

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Yamaha MONTAGE 6

  • Pagina 1 MUSIC SYNTHESIZER Aanvullende handleiding Inhoudsopgave Nieuwe functies in MONTAGE versie 3.50 ..3 Common/Audio Edit (Common/Audio) .... 77 Part Edit (Edit)..........79 Aanvullende nieuwe performances....4 Utility ............... 80 Nieuwe Smart Morph-functie ......5 Envelope Follower........... 85 Extra patroonfuncties ........13 Dialoogvenster Control Assign......86 Verbeterde gebruikersinterface voor patronen...........17 Nieuwe functies in MONTAGE...
  • Pagina 2 Nieuwe functies in MONTAGE versie 1.10 .. 124 Nieuwe performances ........125 Performance Play (Home) ......125 Category Search ..........126 Utility ..............128 Part Edit (Bewerken)........131 Live Set Edit (bewerken)........132 Liveset............133 MONTAGE 6/MONTAGE 7/MONTAGE 8 Aanvullende handleiding...
  • Pagina 3 Nieuwe functies in MONTAGE versie 3.50 Yamaha heeft een upgrade uitgebracht van de MONTAGE-firmware, waaraan de volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe performances toegevoegd.
  • Pagina 4 Aanvullende nieuwe performances De MONTAGE heeft 32 nieuwe performances. Raadpleeg de datalijst voor informatie over de toegevoegde performances. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 5 Nieuwe Smart Morph-functie De Smart Morph-functie gebruikt machine learning om FM-X-geluiden te morphen. MONTAGE leert de geluiden die zijn toegewezen aan Part 9 tot 16 via geavanceerde logica en plot elk geluid als een punt op de kaart. De afstand tussen de punten geeft overeenkomst van de geluiden aan.
  • Pagina 6 OPMERKING Wanneer de huidige weergave de Smart Morph-display is en de performance nog geen Smart Morph-gegevens heeft, worden vier Parts met verschillende gegevens weergegeven. OPMERKING Op de Live Set-display geeft een speciaal FM-X-pictogram aan of de toegewezen performance al dan niet Smart Morph-gegevens heeft.
  • Pagina 7 Smart Morph Play [PERFORMANCE]  [Smart Morph]  [Play] Handeling Kaart Tik op deze display op de Smart Morph-kaart om het FM-X-geluid voor Part 1 te wijzigen. Edit [PERFORMANCE]  [Smart Morph]  [Edit] Handeling Partij niet in gebruik Partij niet in gebruik Roept de Part Category Search-display op voor het selecteren van een FM-X-geluid wanneer u op een van de plusknoppen (+) tikt.
  • Pagina 8 Display Bepaalt of elke partij wordt aangegeven met de hoofdcategorie of met de naam van de partij. Learn Start het leren (maken van de kaart) als u hierop tikt. Tijdens de verwerking zijn sommige interfacebewerkingen uitgeschakeld en wordt de knop [Cancel] weergegeven in plaats van [Learn]. Als u de verwerking annuleert, keert de kaart terug naar de status van voor het leren.
  • Pagina 9 Geeft de grootte van de waarde voor de geselecteerde parameter weer als een rode tint. Raadpleeg “Parameters die kunnen worden ingesteld voor Red, Green en Blue” (pagina 10) voor de instellingswaarden. Green Geeft de grootte van de waarde voor de geselecteerde parameter weer als een groene tint. Raadpleeg “Parameters die kunnen worden ingesteld voor Red, Green en Blue”...
  • Pagina 10 Parameters die kunnen worden ingesteld voor Red, Green en Blue FM Common FM Operator (op1 – op8) Naam van parameter Weergegeven Naam van parameter Weergegeven Naam van parameter Weergegeven naam naam naam Oscillator Key On Key On Reset Random Pan Depth Random Pan Filter Cutoff Key Follow Flt Cutoff/Key...
  • Pagina 11 Super Knob [PERFORMANCE]  [Smart Morph]  [Super Knob] Handeling Super Knob Link Voegt van begin tot eind een effect toe aan de Superknop wanneer dit is ingesteld op ON. Instellingen: On, Off Start Bepaalt de positie op de kaart die overeenkomt met de minimumwaarde van de Superknop. Raak met de cursor op Start de kaart aan om de startpositie in te stellen.
  • Pagina 12 [PERFORMANCE]  [Smart Morph]  [Job] Handeling Load Smart Morph Opent de Load-display. Selecteer een andere performance op de Load-display om de Smart Morph-gegevens in die performance naar de huidige performance te laden. Delete Smart Morph Verwijdert de Smart Morph-gegevens in de huidige performance. Delete Part 9 –...
  • Pagina 13 Extra patroonfuncties Play/Rec Patroon  Opnemen, afspelen U kunt nu een geluid selecteren in de Part Category Search-display terwijl u patronen opneemt. [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [I] (Record)-knop  [R] (Play)-knop  Tik op de naam van de partij  Handeling Selecteer [Category Search] in het weergegeven menu ...
  • Pagina 14 Song/Event Get Phrase Op de Get Phrase-display kunt u nu 'All' opgeven voor de bron- en doeltracks. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Song/Event]  [Get Phrase] Handeling *1 Bron Track Bepaalt de track die moet worden opgehaald (gekopieerd). *2 Doel Track Bepaalt de doeltrack voor het kopiëren.
  • Pagina 15 Track Bepaalt de track die u wilt wissen. Scene Bepaalt de scène die u wilt wissen. Start Measure Bepaalt de positie van de startmaat waarop de taak wordt toegepast. Bereik: 001 – 257 Start Beat Bepaalt de positie van de starttel waarop de taak wordt toegepast. Instellingen: Hangt af van de geselecteerde maatsoort Start Clock...
  • Pagina 16 Play FX U kunt nu toepasselijke scènes opgeven wanneer Normalize Play FX wordt uitgevoerd. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Play FX] Handeling Scene Bepaalt de scène waarop de taak moet worden toegepast. Bereik: All, 1 – 8 Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 17 Verbeterde gebruikersinterface voor patronen  Toevoeging van de Pattern Chain Switch U kunt nu instellingen voor ketensgewijs afspelen voor elk patroon opslaan op de Pattern-display en Chain-display. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern] Handeling Chain Bepaalt of afspelen van ketens al dan niet buiten de Chain-display kan worden gebruikt. Instellingen: Off, On OPMERKING...
  • Pagina 18  Pictogramweergave positie van ketengewijs afspelen Er wordt nu een pictogram weergegeven naast de scène die wordt afgespeeld op het Chain-display. [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern] of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Chain] Handeling  Toevoeging van Undo/Redo U kunt nu op elke display Undo/Redo voor taken gebruiken.
  • Pagina 19 MODX-bestanden importeren U kunt nu '.X8U'- en '.X8L'-MODX-bestanden laden. OPMERKING U kunt geen '.X8A'-MODX-back-upbestanden laden. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 20 Verbeterde bestuurbaarheid  Signaalstroom-sneltoetsen U kunt nu de Audio I/O-display oproepen door op te tikken in de buurt van USB Volume in de audiosignaalbaan. De cursor springt automatisch naar USB Volume op de Audio I/O-display. [PERFORMANCE]  [EDIT]  [COMMON]  [USB Monitor] Handeling U kunt nu de USB Monitor-display oproepen door op te tikken in de buurt van Monitor Volume in de audiosignaalbaan.
  • Pagina 21 U kunt nu Local Control in- en uitschakelen door te tikken in de buurt van de Local Control-schakelaar in de MIDI-signaalbaan. [Utility]  [Settings]  [MIDI I/O] Handeling  De voetschakelaar gebruiken om het tempo in te stellen Tap Tempo is toegevoegd aan de Footswitch Assign Control Number-instelling, zodat u het tempo gemakkelijk kunt instellen met behulp van de voetschakelaar.
  • Pagina 22  Instelling voor weergave van partijnamen na het opstarten U kunt nu de weergavestatus van de type- en naamschakelaars instellen die worden weergegeven nadat de MONTAGE is opgestart. [Utility]  [Settings]  [System] Handeling Part-display Bepaalt wat automatisch wordt weergegeven in de Part-display wanneer de MONTAGE wordt opgestart: Categorie- en partijtypen (Type) of partijnamen (Name).
  • Pagina 23 Nieuwe functies in MONTAGE versie 3.00 Yamaha heeft de firmware van MONTAGE bijgewerkt. De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe effecttypen toegevoegd.
  • Pagina 24 Aanvullende nieuwe effecttypen De volgende nieuwe effecttypen zijn toegevoegd in de categorie Misc. Effecttype Omschrijving Parameter Omschrijving VCM Mini Filter Maakt het geluid "dikker" Cutoff Bepaalt de afsnijfrequentie van het filter. en strakker. Resonance Bepaalt de resonantie van het filter. Dit effect emuleert de Type Bepaalt het type van het filter.
  • Pagina 25 Aanvullende nieuwe performances De MONTAGE heeft 52 nieuwe performances. Raadpleeg de datalijst voor informatie over de toegevoegde performances. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 26 Nieuwe functie Pattern Sequencer Met deze nieuwe functie kunt u patroonsequences opnemen voor elke scène. Play/Rec Patroon  Afspelen/Wachten op afspelen [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern] Handeling Pattern Name Geeft de naam van het geselecteerde patroon aan. Door de parameter aan te raken, roept u het menu op waarmee u een patroon kunt laden of hernoemen of een nieuw patroon kunt laden.
  • Pagina 27 Length Bepaalt de lengte van de volledige sequence in de geselecteerde scène. Bereik: 1 – 256 Key On Start Bepaalt of wordt begonnen met het opnemen of afspelen van het patroon wanneer u het keyboard bespeelt. Instellingen: Off, On Store Pattern & Perf Settings Slaat de bewerkte patroongegevens en de koppeling naar de geselecteerde performance op.
  • Pagina 28  Opnemen [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [I] (Record)-knop  [R] (Play)-knop Handeling [SHIFT] ingedrukt houden + toets om te wissen U kunt specifieke nootgebeurtenissen verwijderen door op de knop [SHIFT] te drukken en de toetsen te spelen die overeenkomen met de noten die u wilt verwijderen.
  • Pagina 29 Overzicht [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job] Handeling Type Als u op deze knop drukt, verandert de weergegeven tekst van de partij in hoofdcategorie en subcategorie. Deze knop werkt synchroon met de bijbehorende knop op de display Play/Rec. Als u de ene knop verandert, verandert de andere ook.
  • Pagina 30 Opmerking Quantize Kwantisering is het proces van aanpassen van de timing van nootevents door deze dichter bij de eerstvolgende exacte tel te plaatsen. U kunt deze functie bijvoorbeeld gebruiken om de timing te verbeteren van een toetsenspel dat realtime is opgenomen. [R](Play)-knop of [PERFORMANCE] ...
  • Pagina 31 Strength Stelt de mate of "magnetische sterkte" in waarop Quantize wordt toegepast. De instelling 100% resulteert in een exacte timing. De instelling 0% leidt tot geen kwantisering. Bereik: 0% – 100% Swing Rate Hiermee worden de noten selectief op even tellen (backbeats) vertraagd om een swinggevoel te verkrijgen. Als het metrum bijvoorbeeld 4/4 is en de kwantiseringswaarde is kwartnoten, worden de 2e en 4e tel van de maat vertraagd.
  • Pagina 32 Offset Hiermee voegt u een vaste waarde toe aan de voor snelheid aangepaste aanslagwaarden. De instelling 0 veroorzaakt geen wijziging. Waarden onder 0 verkleinen de aanslagen, waarden boven de 0 verhogen de aanslagen proportioneel. Wanneer de parameter Set All is ingesteld op een andere waarde dan 'Off, kan deze parameter niet worden gewijzigd. Bereik: -127 –...
  • Pagina 33 Cresc. (Crescendo) Met deze taak kunt u een crescendo of decrescendo maken voor een opgegeven notenbereik. (Crescendo is een geleidelijke toename in volume en decrescendo is een geleidelijke afname.) [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Note]  [Cresc.] Handeling Velocity Range Bepaalt de intensiteit van het crescendo of decrescendo.
  • Pagina 34 Transpose Met deze taak kunt u de toonsoort of de toonhoogte van de noten in het opgegeven bereik wijzigen. OPMERKING Wanneer u deze taak uitvoert en noten wijzigt buiten het toegestane bereik van C-2 – G8, worden de noten automatisch ingesteld op het octaaf lager (of hoger).
  • Pagina 35 Roll Met deze taak maakt u een reeks herhaalde noten (zoals een drumrol) over het opgegeven bereik. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Note]  [Roll] Handeling Start Step Bepaalt de grootte van de stap (het aantal clocks) tussen iedere noot in de roffel. U kunt onderverdeelde roffels maken door kleine waarden in te stellen tussen Start Step en End Step.
  • Pagina 36 Track Copy Met deze taak kopieert u alle gegevens van een opgegeven brontrack naar de opgegeven doeltrack. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Track]  [Copy] Handeling *1 Bron *2 Doel *1 Bron Pattern Name Bepaalt het bronpatroon.
  • Pagina 37 Exchange Met deze taak worden alle gegevens van de ene opgegeven track uitgewisseld met een andere opgegeven track en omgekeerd. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Track]  [Exchange] Handeling Pattern Name Bepaalt een van de patronen voor gegevensuitwisseling. Track Bepaalt de track die moet worden uitgewisseld.
  • Pagina 38 In deze taak worden alle gegevens van twee geselecteerde tracks ('A' en 'B') gemixt, en wordt het resultaat in track B geplaatst. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Track]  [Mix] Handeling *1 Bron A *2 Bron B *3 Doel B *1 Bron A...
  • Pagina 39 Append Met deze taak voegt u alle gegevens van een opgegeven brontrack toe aan het einde van een opgegeven doeltrack. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Track]  [Append] Handeling *1 Bron *2 Doel *1 Bron Pattern Name Bepaalt het bronpatroon.
  • Pagina 40 Split Met deze taak wordt de laatste helft van de gegevens, verdeeld bij een opgegeven maat, verplaatst van een opgegeven brontrack naar de opgegeven doeltrack. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Track]  [Split] Handeling *1 Bron *2 Doel *1 Bron...
  • Pagina 41 Wissen Met deze taak worden alle gegevens van een opgegeven track verwijderd. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Track]  [Clear] Handeling Pattern Name Bepaalt het patroon dat moet worden gewist. Track Bepaalt de track die moet worden gewist. Scene Bepaalt de scène die moet worden gewist.
  • Pagina 42 Divide Drum Tr (Divide Drum Track) Met deze taak kunt u drumnootgegevens scheiden van een opgegeven track. Hiermee scheidt u de nootevents in een drumtrack die zijn toegewezen aan een opgegeven track en plaatst u de noten die bij verschillende druminstrumenten horen in afzonderlijke tracks (track 9 – 16). OPMERKING De eerder bestaande gegevens op track 9 –...
  • Pagina 43 Song Get Phrase Met deze taak worden opgegeven gegevens van een opgegeven bronsong naar een opgegeven doeltrack gekopieerd. OPMERKING De gegevens die eerder op de opgegeven doeltrack stonden, worden vervangen wanneer u Get Phrase uitvoert. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Song]  [Get Phrase] Handeling *1 Bron *2 Doel...
  • Pagina 44 Put Phrase Met deze taak worden alle gegevens van een opgegeven bronpatroon naar een opgegeven maat in de doelsong gekopieerd. OPMERKING Het opgegeven bronpatroon wordt samengevoegd met eerder bestaande gegevens op de opgegeven doelsong wanneer u Put Phrase uitvoert. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Song]  [Put Phrase] Handeling Destination Pattern Name...
  • Pagina 45 User Arp (User Arpeggio) Met deze taak kopieert u gegevens in de opgegeven maten van een track om arpeggiogegevens te maken. OPMERKING De gegevens die eerder op de opgegeven doeltrack stonden, worden vervangen wanneer u User Arp uitvoert. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [User Arp] Handeling Scene Bepaalt de bronscène.
  • Pagina 46 Convert Type Bepaalt hoe de MIDI-sequencegegevens worden geconverteerd naar arpeggiogegevens, op een van de drie onderstaande manieren. Deze parameter kan voor iedere track worden ingesteld. Instellingen: Normal (normaal), Fixed (vast), Org Notes (oorspronkelijke noten) Normal: De arpeggio wordt alleen met behulp van de gespeelde noot en de overeenkomstige octaafnoten afgespeeld. Fixed: Als u een willekeurige noot speelt, triggert u dezelfde MIDI-sequencegegevens.
  • Pagina 47 Swing Rate Hiermee worden de noten selectief op even tellen (backbeats) vertraagd om een swinggevoel te verkrijgen. Instellingen: Hangt af van de opgegeven kwantiseringswaarde Als de kwantiseringswaarde 1/4-noot, 1/8-noot, 1/16-noot, 1/32-noot is: 0 - de helft van het rooster Als de kwantiseringswaarde 1/4-noottriool, 1/8-noottriool, 1/16-noottriool is: 0 - de helft van het rooster Play FX2 Bedient de parameters Note Shift, Clock Shift, Gate Time, Velocity Rate en Velocity Offset.
  • Pagina 48 Chain Deze taak ketent scènes en speelt geketende scènes af. [R] (Play)-knop of [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [Pattern]  [Edit/Job]  [Chain] Handeling Measure Bepaalt de maatpositie van waaruit de scène wordt afgespeeld. Bereik: 001 – 999 Scene Bepaalt de scène die wordt afgespeeld vanaf de opgegeven maatpositie. Bereik: 1 –...
  • Pagina 49 Nieuwe functie Rhythm Pattern De functie Rhythm Pattern biedt een eenvoudige manier om een ritmepartij aan de huidige performance toe te voegen. Door ritmepatronen en de Envelope Follower te combineren, kunt u de patronen zelfs nog verder wijzigen. In de volgende stappen wordt bijvoorbeeld uitgelegd hoe u het ritmepatroon '8Z Trance Basics 1' aan de performance 'Supertrance' kunt toevoegen en vervolgens het geluid met de Envelope Follower kunt wijzigen.
  • Pagina 50 De Envelope Follower instellen De Envelope Follower is een functie die de envelope (of amplitude-envelope) van een golfvorm uit het ingangssignaal extraheert en u vervolgens die envelope als een regelaar voor het wijzigen van geluiden laat gebruiken. Als u bijvoorbeeld een ritmepatroon aan een partij toewijst en de Envelope Follower van de partij als een 'Source' instelt, wordt het geluid van de andere partijen overeenkomstig gewijzigd.
  • Pagina 51 Pas indien nodig de instellingen aan. Stel hier in dit voorbeeld de curvepolariteit (Polarity) in op Bi, de curveverhouding (Ratio) op -63 en de versterking (Gain) op -12dB. Gain Curve Polarity Curve Ratio Tik voor het instellen van andere parameters op de knop [EDIT] op het scherm en open de display Setting van de Envelope Follower.
  • Pagina 52 Live Set Met de functie Live Set kunt u nu songs, patronen en audiobestanden combineren en deze afspelen vanuit de display Live Set.  Combineer songs, patronen en audiobestanden in de display Live Set Druk op de knop [LIVE SET] of raak het pictogram LIVE SET aan  Selecteer de gebruikersbank  [EDIT] Handeling Slot Type Geeft het type van de geselecteerde sleuf aan.
  • Pagina 53  Songs, patronen en audiobestanden afspelen vanuit de display Live Set Druk op de knop [LIVE SET] of raak het pictogram LIVE SET aan  Selecteer de gebruikersbank  [R] (Play)-knop Handeling OPMERKING Wanneer een song of patroon wordt afgespeeld, kunt u de performance of de sleuf niet wijzigen. Er wordt een foutmelding weergegeven wanneer u deze probeert te wijzigen.
  • Pagina 54 Scene Super Knob Link en Keyboard Control zijn toegevoegd aan de gegevens die zijn opgenomen in de functie Scene. Scene [PERFORMANCE]  [Scene] Handeling Super Knob (Super Knob Memorize Switch) Bepaalt of Super Knob-statussen in een scène worden opgeslagen of niet. Instellingen: Off, On Link (Link Memorize Switch)
  • Pagina 55 Kbd Ctrl (Keyboard Control Memorize Switch) Bepaalt of keyboardbedieningshandelingen in een scène worden opgeslagen of niet. Instellingen: Off, On Kbd Ctrl (Keyboard Control) Bepaalt de keyboardbedieningsschakelaar op elke partij in de geselecteerde scène. Partijen die zijn ingesteld op Off worden niet beïnvloed door het bespelen van het keyboard.
  • Pagina 56 Edit Het parameterbereik van Part LFO Speed is vergroot.  Normale partij (AWM2) Element LFO [EDIT]  Selecteer de partij uit [Common]  Selecteer het element  [Element LFO] Handeling Speed Past de snelheid van de LFO-variatie aan. Het parameterbereik is verhoogd van 0 – 63 naar 0 – 415. Bereik: 0 –...
  • Pagina 57  Normale partij (FM-X) Mod/Control (Modulation/Control) 2nd LFO [EDIT]  Selecteer de partij uit [Common]  ELEMENT/OPERATOR [COMMON]  [Mod/Control]  [2nd LFO] Handeling Speed (2e LFO-snelheid) Past de snelheid van de LFO-variatie aan. Het parameterbereik is verhoogd van 0 – 99 naar 0 – 415. Bereik: 0 –...
  • Pagina 58 Utility Settings Sound De instellingen voor Global Micro Tuning zijn toegevoegd. [UTILITY]  [Settings]  [Sound] Handeling Global Tuning Als deze functie is ingeschakeld, heeft Micro Tuning in de algemene instellingen voorrang op de Micro Tuning-instellingen die de performance voor elke partij heeft. Deze functie wordt toegepast op alle partijen behalve de drumpartij. Instellingen: Off, On OPMERKING...
  • Pagina 59 Edit User Tuning Roept de display User Micro Tuning Settings op. Tuning No. Geeft het geselecteerde gebruikersmicrostemmingnummer aan. Bereik: 1 – 8 Tuning Name Bepaalt de naam van de geselecteerde gebruikersmicrostemming. Als u op de parameter tikt, wordt de display voor het invoeren van tekens opgeroepen.
  • Pagina 60 Advanced U kunt Audition Loop annuleren. [UTILITY]  [Settings]  [Advanced] Handeling Audition Loop Wanneer deze functie is ingesteld op On en de Audition Phrase tot het einde wordt afgespeeld, wordt de Audition Phrase automatisch opnieuw afgespeeld vanaf het begin van de Audition Phrase. Wanneer deze functie is ingesteld op Off, stopt het afspelen van de Audition Phrase wanneer het einde is bereikt.
  • Pagina 61  Hybrid is toegevoegd aan de instellingen in de MIDI I/O Mode. [UTILITY]  [Settings]  [Advanced] Handeling  Wanneer MIDI I/O Mode is ingesteld op Hybrid: MIDI-gegevens ontvangen • MIDI-gegevens die worden ontvangen via het kanaal dat is ingesteld in de parameter MIDI I/O Channel, worden ontvangen op partijen waarvoor Keyboard Control Switch is ingesteld op ON.
  • Pagina 62 [USB TO DEVICE]. Ondersteunde MIDI-apparatuur: MIDI-apparaten die compatibel zijn met USB MIDI-klasse en apparaten die zijn getest door Yamaha * Raadpleeg de onderstaande link voor een lijst met door Yamaha geteste apparaten https://www.yamaha.com/2/montage OPMERKING De maximale nominale waarde van de [USB TO DEVICE] is 5V/500mA. Sluit geen USB-apparaten aan die de nominale waarde overschrijden, omdat dergelijke apparaten het instrument kunnen beschadigen.
  • Pagina 63 Verbeterde gebruikersinterface  Songs selecteren met de knoppen [INC/YES] en [DEC/NO] U kunt nu songs selecteren met de knoppen [INC/YES] en [DEC/NO] wanneer de cursor op de songnaam op het MIDI-display staat. Het songnummer wordt nu vóór de songnaam weergegeven. [R] (Play)-knop of ...
  • Pagina 64  Open de Home-display met de [EXIT]-knop U kunt nu eenvoudig met de knop [EXIT] teruggaan naar de Home-display wanneer een Performance-display (behalve de Home-display) is geopend.  Gemakkelijke methode om een doelsleuf te selecteren op de display Register Handeling [SHIFT] + [LIVE SET] (behalve wanneer de display Live Set is geselecteerd) Automatisch geselecteerd Wanneer Preset of Library is geselecteerd in Bank...
  • Pagina 65 Nieuwe functies in MONTAGE versie 2.50 Yamaha heeft een upgrade uitgebracht van de MONTAGE-firmware, waaraan de volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe performances toegevoegd.
  • Pagina 66 Aanvullende nieuwe performances De MONTAGE heeft 512 nieuwe performances in MOTIF XF Bank. Raadpleeg de Data List (datalijst) voor de toegevoegde performances. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 67 Functie DAW Remote U kunt nu de DAW-software op uw computer vanaf MONTAGE regelen. De functie DAW Remote kan alleen worden gebruikt wanneer de computer via een USB-kabel is aangesloten. U kunt geen MIDI-kabels gebruiken. De functie DAW Remote instellen Instellingen in MONTAGE Raadpleeg de gebruikershandleiding voor gebruik met een computer.
  • Pagina 68 De DAW-software bedienen vanaf MONTAGE In de display Remote wordt de functie DAW Remote toegepast en worden de paneelhandelingen gewijzigd. [PERFORMANCE]  [Remote] Bediening [PERFORMANCE]  [SHIFT] + knop Number A [7] Mode (modus) Selecteer een gedrag van de functie DAW Remote vanuit drie Modes (modi). Instellingen: Track, Plugin, Transport Track:...
  • Pagina 69 Use for Remote (Gebruik voor afstandsbediening) Bepaalt of de knoppen Dial en Cursor op het paneel MONTAGE wel of niet voor het besturen van de DAW-software wordt gebruikt. On (Aan): Gebruiken voor DAW-besturing. Off (Uit): Gebruiken voor besturing via de displayMONTAGE. Track De bediening is hetzelfde als de PART [MUTE]/[SOLO].
  • Pagina 70 Play/Rec Play/Rec MIDI Bij het opnemen van songs kunt u selecteren of u alleen het toetsenspel wilt opnemen of dat u de uitgang van de arpeggiator wilt opnemen. [R] (Play), knop Bediening [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [MIDI] Arp Rec (Arp-opname) Arp Rec (Arp-opname) Als deze is ingeschakeld, kan de uitgang van de arpeggiator worden opgenomen.
  • Pagina 71 Part Edit (Edit) Element Edit (Element) Osc/Tune (oscillator/stemmen) Edit Waveform De instelling Center Note is toegevoegd. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Partijselectie  Selecteer element of toets  [Osc/Tune]  [Edit Waveform] Bediening Center Note Dit bepaalt de toonsoort voor het afspelen zodat deze met de toonhoogte van de originele golfvormdata overeenkomt. Instellingen: C -2 –...
  • Pagina 72 Utility Contents (Inhoud) Load Hierdoor wordt een functie voor Key-instelling toegevoegd wanneer u WAV-bestanden en AIFF-bestanden als golfvormen laadt. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Partijselectie (alleen normale partijen)  Selecteer element  [Osc/Tune]  [New Waveform] Bediening [PERFORMANCE]  [EDIT]  Partijselectie (alleen normale partijen)  Selecteer element  [Osc/Tune]  [Edit Waveform] ...
  • Pagina 73 Dialoogvenster Control Assign Als in het weergegeven dialoogvenster de parameter Part wordt geselecteerd en de knop [CONTROL ASSIGN] wordt ingedrukt, kunt nu de toewijsbare knop van Common selecteren door de knop Assignable te bedienen wanneer u op [PART COMMON] drukt. Richt de cursor op de regelaarbestemmingsparameter van de partij ...
  • Pagina 74 Functie Panel Lock De paneelvergrendelingsfunctie is toegevoegd om onbedoelde handelingen tijdens uw spel te voorkomen. Bediening [SHIFT] + [ELEMENT COMMON] in de Home-display of de display Live Set. Als u het paneel wilt ontgrendelen, drukt u nogmaals op [SHIFT] + [ELEMENT COMMON]. Wanneer de functie Panel Lock is ingeschakeld, is er geen enkele bediening beschikbaar behalve het toetsenbord, de pedalen, het mastervolume, de superknop, het pitchbendwiel, het modulatiewiel, de lintregelaar en de ontgrendelingsbediening.
  • Pagina 75 Nieuwe functies in MONTAGE versie 2.00 Yamaha heeft de firmware van MONTAGE bijgewerkt. De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe performances toegevoegd.
  • Pagina 76 Aanvullende nieuwe performances De MONTAGE heeft 99 nieuwe performances. Raadpleeg de datalijst voor de toegevoegde performances. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 77 Common/Audio Edit (Common/Audio) General U kunt nu gebruikersauditiefrasen maken. [PERFORMANCE]  [EDIT]  PART [COMMON]  [General] Handeling Bank Gebruikersaudities bijwerken Bank Geeft de bank aan die voor het ten gehore brengen moet worden gebruikt. Instellingen: Preset, User, Library-namen (als de bibliotheekbestanden wordt geladen) Update User Auditions Converteert alle op de MONTAGE opgenomen songs naar gebruikersaudities.
  • Pagina 78 Control Control Assign Wanneer toewijsbare knoppen op Source en Destination zijn ingesteld maar de regelaarbestemming nog niet is geselecteerd, kan een nieuwe regelaarbestemmingsparameter in deze display worden toegevoegd. [PERFORMANCE]  [EDIT]  PART [COMMON]  [Control]  [Control Assign] Handeling Tik op [Edit Super Knob] in de display Super Knob.
  • Pagina 79 Part Edit (Edit) Mod/Control (Modulatie/besturing) Control Assign Als de Display Filter op SuperKnob is ingesteld, kan een nieuwe parameter worden toegevoegd door op de knop [+] te tikken en deze is direct beschikbaar voor bediening met de knop SuperKnob. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Partijselectie  ELEMENT/OPERATOR [COMMON]  [Mod/Control]  [Control Assign] Handeling Als de Display Filter op SuperKnob is ingesteld, wordt er door op de knop [+] te tikken in het bovenste deel van de display een bericht weergegeven en wordt de instelling Control Assign voor Common/Audio Edit automatisch toegevoegd.
  • Pagina 80 Utility Settings System De mogelijkheid voor het selecteren van de Live Set-sleuf als een opstartdisplay is toegevoegd. We hebben nu ook het toepassen van de grootte van het Live Set Font op de Category Names in de display Category Search mogelijk gemaakt. [UTILITY] ...
  • Pagina 81 Live Set Font (Live Set Font Size) Bepaalt de tekengrootte van de inhoudsnamen en categorienamen in de display Live Set en de display Category Search. Instellingen: Normal, Large  Display Category Search • Normal • Large Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 82 Contents Load Ingeschakelde compatibiliteit met MOXF-bestanden. Ook ingeschakelde compatibiliteit met speeldata voor MOTIF XS, MOTIF XF en MOXF. [UTILITY]  [Contents]  [Load] Handeling Import Option Selecteert de te laden voicedata of speeldata. De Import Option verschijnt wanneer All-bestanden voor MOTIF XS, MOTIF XF of MOXF zich in de map bevinden.
  • Pagina 83 Tempo Settings Een instelling toegevoegd zodat het huidige tempo na het overschakelen naar een andere performance behouden blijft. [UTILITY]  [Tempo Settings] or [SHIFT] + [ENTER] Handeling pictogram TEMPO SETTINGS Globaal tempo Globaal tempo Wanneer dit op OFF is ingesteld, wijzig het tempo volgens het tempo van de performance. Wanneer dit op ON is ingesteld, blijft het huidige tempo zelfs na het overschakelen naar een andere performance behouden.
  • Pagina 84 Effect Switch Een instelling toegevoegd zodat het huidige volume van de A/D-partij na het overschakelen naar een andere performance behouden blijft. [UTILITY]  [Effect Switch] Handeling pictogram EFFECT Globale A/D Global A/D Wanneer dit op ON is ingesteld, blijven het volume van de A/D-partij noch andere verwante parameters zelfs niet na het overschakelen naar een andere performance behouden.
  • Pagina 85 Envelope Follower De snelkoppelingen voor het openen van de display Control Assign zijn in de display Envelope Follower toegevoegd. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Selectie van partij  ELEMENT/OPERATOR [COMMON]  [Effect]  [Routing]  Envelope Handeling Follower Edit Roept de display Control Assign voor de bestemmingspartij op. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 86 Dialoogvenster Control Assign U kunt nu de Super Knob, Motion Sequencer Lane of Envelope Follower als een bron selecteren in het dialoogvenster dat verschijnt wanneer de knop [CONTROL ASSIGN] wordt ingedrukt. Handeling Druk op de knop [CONTROL ASSIGN] wanneer de cursor zich op de parameter bevindt die de regelaarbestemming moet worden. Bedien de regelaar die u als een bestemmingsparameter wilt instellen of tik op een cijfer onder Motion Sequencer Lane of Envelope Follower.
  • Pagina 87 Nieuwe functies in MONTAGE versie 1.60 Yamaha heeft de firmware van MONTAGE bijgewerkt. De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe effecttypen toegevoegd.
  • Pagina 88 Additional New Effect Types (Aanvullende nieuwe effecttypen) De MONTAGE heeft de volgende nieuwe effecttypen. Effecttype Omschrijving Parameter Omschrijving Spiralizer P, Uniek filter waarmee Spiral Speed Bepaalt de snelheid waarmee de toonhoogte verschuift. Spiralizer F een phasereffect Offset Bepaalt de begintoonhoogte in halve tonen. (Spiralizer P) of Feedback Bepaalt het niveau van het geluidssignaal dat van het effectblok wordt...
  • Pagina 89 Additional New Performances (Aanvullende nieuwe performances) De MONTAGE heeft 8 nieuwe performances. Raadpleeg de Datalijst voor de toegevoegde performances. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 90 Motion Control Motion Control Super Knob Er zijn nieuwe sneltoetsen toegevoegd om de Superknop-instellingen te vereenvoudigen. [PERFORMANCE]  [Motion Control]  [Super Knob] Handeling Edit Super Knob Motion Seq (Motionsequencer voor Superknop bewerken) Edit Super Knob (Superknop bewerken) Edit Super Knob Motion Seq (Motionsequencer voor Superknop bewerken) Opent de display ‘Knob Auto’...
  • Pagina 91 Common/Audio Edit (Common/Audio) Control (Besturing) Control Assign (Regelaartoewijzing) U kunt de Superknop nu instellen op ‘Display Filter’. U kunt ook de parameters bekijken voor partijen die worden geregeld met toewijsbare knoppen die gelden voor alle partijen in deze display. [PERFORMANCE]  [EDIT]  PART [COMMON]  [Control]  [Control Assign] Handeling Tik op [Edit Super Knob] in de display Super Knob.
  • Pagina 92 Curve Type Bepaalt het curvetype voor wijziging van de parameter die is ingesteld in 'Destination'. De horizontale as geeft de waarde aan van de regelaar die is ingesteld in 'Source', en de verticale geeft de parameterwaarden aan. Instellingen: Standard, Sigmoid, Threshold, Bell, Dogleg, FM, AM, M, Discrete Saw, Smooth Saw, Triangle, Square, Trapezoid, Tilt Sine, Bounce, Resonance, Sequence, Hold Voor gebruikersbank: User 1 –...
  • Pagina 93 Part Edit (Bewerken) Mod/Control (Modulatie/besturing) Control Assign (Regelaartoewijzing) U kunt de Superknop nu instellen op ‘Display Filter’. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Partijselectie  ELEMENT/OPERATOR [COMMON]  [Mod/Control]  [Control Assign] Handeling Display Filter Edit Common Control Settings (Gemeenschappelijke besturingsinstellingen bewerken) Display Filter Bepaalt welke regelaar moet worden weergegeven.
  • Pagina 94 Nieuwe functies in MONTAGE versie 1.50 Yamaha heeft de firmware van MONTAGE bijgewerkt. De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe effecttypen toegevoegd.
  • Pagina 95 Additional New Effect Types (Aanvullende nieuwe effecttypen) De MONTAGE heeft de volgende nieuwe effecttypen. Effecttype Omschrijving Parameter Omschrijving Rotary Speaker 2 Simulator van een Speed Control Schakelt de draaisnelheid om. roterende luidspreker Drive Regelt de hoeveelheid vervorming. met inbegrip van het versterkerblok.
  • Pagina 96 Effecttype Omschrijving Parameter Omschrijving Uni Comp Up Compressor die een Threshold Bepaalt het maximale ingangsniveau voor het toepassen van het compressoreffect. 'upward' Knee Bepaalt hoe het overgangsbereik verandert rondom de drempelwaarde. Hoe hoger de (bovenwaarts) waarde, hoe ondieper de overgangscurve. algoritme gebruikt om zachte geluiden Attack...
  • Pagina 97 Additional New Performances (Aanvullende nieuwe performances) De MONTAGE heeft 52 nieuwe performances. Raadpleeg de Datalijst voor de toegevoegde performances. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 98 Category Search  Performance Category Search, Arpeggio Category Search, Waveform Category Search Er is een functie Favorite toegevoegd, waarmee u snel toegang hebt tot uw favoriete geluiden en arpeggio's. In dit gedeelte wordt een voorbeeld van de functie Favorite uitgelegd voor Performance Category Search. OPMERKING U kunt de lijst met performances filteren op Favorite in Part Category Search en in Performance Merge, maar u kunt het pictogram Favorite niet in-/uitschakelen vanuit de zoekdisplays.
  • Pagina 99  Part Category Search Als 'Mixing' van de instelling 'Parameter with Part' (Param. with Part) is uitgeschakeld, kunt u geluiden voortdurend veranderen met de huidige instellingswaarden voor de part, zoals Volume, Pan en Note shift. [PERFORMANCE]  (als de partij waaraan geluiden zijn toegewezen is geselecteerd) Selecteer de naam van de partij  [SHIFT]+[CATEGORY] (Part Category Search) Handeling (Als de partij waaraan geluiden zijn toegewezen wordt geselecteerd) Tik op de partijnaam ...
  • Pagina 100 Performance Play (Home) U kunt verschillende informatie nu zien door 'View' in te schakelen. Home Druk op de knop [PERFORMANCE] Handeling Tik op het pictogram [HOME] View View Bepaalt of de gedetailleerde informatie over elke part weergegeven (aan) of niet (uit) wordt weergegeven. De weergegeven informatie varieert afhankelijk van de cursorpositie of de instellingen van de Control-functie.
  • Pagina 101  Element-weergave Dit wordt alleen weergegeven als de momenteel geselecteerde partij de normale partij (AWM2) is en de knop [PERFORMANCE CONTROL] of 'Element/Operator control' is ingeschakeld. Element Level Element Switch Element SW (elementschakelaar) Bepaalt of elk element actief is. Instellingen: Off, On Element Level Hiermee wordt het uitgangsniveau van het element bepaald.
  • Pagina 102 Drum Key Level Hiermee wordt het uitgangsniveau van de drumtoets bepaald. Instellingen: 0 – 127  Algorithm-weergave Dit wordt alleen weergegeven als de momenteel geselecteerde partij de normale partij (FM-X) is en de knop [PERFORMANCE CONTROL] of 'Element/Operator Control' is ingeschakeld. Algorithm Number Feedback...
  • Pagina 103  Part – Note-weergave Dit wordt alleen weergegeven als de knop [PART CONTROL] is ingeschakeld of de cursor op de Note Limit staat. Dit is nuttig voor het controleren van de Layer/Split-instellingen van verschillende partijen. Note Limit (nootbegrenzing)  Velocity – Note-weergave Dit wordt alleen weergegeven als de cursor op een aanslagbegrenzing van partijen staat.
  • Pagina 104 Motion Control Motion Control Super Knob (Superknop) U kunt nu met de superknop individuele linkinstellingen maken voor toewijsbare knoppen, waaraan functies worden toegewezen die voor alle partijen gelden. [PERFORMANCE]  [Motion Control]  [Super Knob] Handeling Motion Sequencer Master-schakelaar Superknoplink Super Knob Motion Sequencer-schakelaar MS Master (masterschakelaar voor motionsequencer) Schakelt de motionsequencer voor de gehele performance in/uit.
  • Pagina 105 Utility Settings (Instellingen) Audio I/O U kunt het monitorvolume van het audiosignaal dat wordt ingevoerd via de [USB TO HOST]-aansluiting nu regelen. [UTILITY]  [Settings]  [Audio I/O] Handeling USB-ingangsvolume USB Volume (USB-ingangsvolume) Hiermee kunt u het volumeniveau aanpassen van de audiosignaalingang van de [USB TO HOST]-aansluiting. Deze instelling wordt toegepast op de uitgangsversterking van de OUTPUT (BALANCED) [L/MONO] /[ R]-aansluitingen en de ASSIGNABLE OUTPUT (BALANCED) [ L]/[ R]-aansluitingen.
  • Pagina 106 MIDI I/O U kunt nu met besturingswijzigingsberichten schakelen tussen scènes. [UTILITY]  [Settings]  [MIDI I/O] Handeling Scènebesturingswijzigingsnummer Scene CC (scènebesturingswijzigingsnummer) Bepaalt het besturingswijzigingsnummer dat wordt gegenereerd bij het schakelen tussen scènes. Zelfs als het instrument van de externe apparatuur een MIDI-bericht ontvangt met hetzelfde besturingswijzigingsnummer als wat hier is opgegeven, gaat het instrument er vanuit dat het bericht is gegenereerd bij het schakelen tussen scènes.
  • Pagina 107 System U kunt nu de tekengrootte gedeeltelijk wijzigen in de display Live Set en de display Category. [UTILITY]  [Settings]  [System] Handeling Live Set Font Size Live Set Font (Live Set Font Size) Bepaalt de tekengrootte van de inhoudsnaam in de display Live Set en de display Category Search. Instellingen: Normal, Large Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 108  Display Live Set • Normal • Large Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 109  Display Category Search • Normal • Large Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 110 Contents (Inhoud) U kunt nu back-upbestanden opslaan/laden waarin de volledige gebruikersgegevens (inclusief songs en bibliotheken) zijn opgeslagen. Load [UTILITY]  [Contents]  [Load] Handeling Content Type Bestandstype Apparaattype Extensie Omschrijving Back-upbestand File (bestand) .X7A Gegevens die als een back-upbestand worden opgeslagen naar USB-flashgeheugen, kunnen weer naar het gebruikersgeheugen worden geladen.
  • Pagina 111 Store/Save [UTILITY]  [Contents]  [Store/Save] Handeling Content Type Bestands- Apparaat- Extensie Omschrijving type type Back- File (bestand) .X7A Gegevens die naar het gebruikersgeheugen worden opgeslagen, kunnen worden upbestand opgeslagen op USB-flashgeheugen. Een back-upbestand bevat alle gebruikersgegevens, bibliotheekgegevens en songgegevens. Aanvullende handleiding bij MONTAGE...
  • Pagina 112 Edit (Modus Edit) Elk van de volgende Edit-displays is verbeterd en u kunt de gewenste partij nu selecteren door op de partijnaam in de display te tikken: Normal Part (AWM2) Edit-display, Drum Part Edit-display, Normal Part (FM-X) Edit-display en Common/Audio Edit- display.
  • Pagina 113 Nieuwe functies in MONTAGE versie 1.20 Yamaha heeft de firmware van MONTAGE bijgewerkt. De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Element/Operator-besturing is toegevoegd voor besturingsfunctie.
  • Pagina 114 Motion Control Motion Control Overview [PERFORMANCE]  [Motion Control]  [Overview] of [SHIFT] + [PERFORMANCE] Handeling Control Function Control Function Hiermee schakelt ut tussen Performance Control, Part Control en Element/Operator Control. Instellingen: Performance Control, Part Control, Elem/Op Control OPMERKING U kunt nu besturingsfunctiebedieningen opslaan als speeldata. OPMERKING Element/Operator Control kan ook worden geselecteerd door de knop [SHIFT] ingedrukt te houden terwijl u de [PART CONTROL]-knoppen gebruikt.
  • Pagina 115 Play/Rec Play/Rec MIDI U kunt nu het afspelen van songs laten herhalen.  Afspelen en stand-by voor afspelen [R] (Play), knop of Handeling [PERFORMANCE]  [Play/Rec]  [MIDI] Song Name Loop Loop Start/End (Loop starten/stoppen) Song Name Geeft de naam van de geselecteerde song aan. Als u op de songnaam tikt, wordt een menu geopend waarin u Load (laden), Rename (naam wijzigen) en User Arpeggio (gebruikersarpeggio) kunt selecteren.
  • Pagina 116  Track in arpeggio Met deze functie kopieert u data in de opgegeven maten van een track om arpeggiodata te maken. U kunt tot 16 unieke nootnummers opnemen op de arpeggiotrack. Indien u meer dan 16 verschillende nootnummers opneemt in de MIDI- sequencedata, wordt met de handeling Convert het aantal noten teruggebracht tot de limiet.
  • Pagina 117 Category Search  Performance Merge Hiermee kunt u originele partijen en nieuw toegevoegde partijen afzonderlijk dempen. [PERFORMANCE]  (de geselecteerde partij en alle partijen die volgen, mogen niet zijn toegewezen)  [SHIFT] + Handeling [CATEGORY] of raak het pictogram '+' aan Extra partij dempen Originele partij dempen Originele partij dempen...
  • Pagina 118 Utility Settings (Instellingen) MIDI I/O U kunt nu de Superknop bedienen met MIDI-besturingswijzigingsberichten. [UTILITY]  [Settings]  [MIDI I/O] Handeling Super Knob CC (besturingswijzigingsnummer van superknop) Besturingsnummer Super Knob CC (besturingswijzigingsnummer van superknop) Bepaalt het besturingswijzigingsnummer dat wordt gegenereerd met de superknop. Zelfs als het instrument van de externe apparatuur MIDI-berichten ontvangt met hetzelfde besturingswijzigingsnummer als wat hier is opgegeven, gaat het instrument er vanuit dat het bericht is gegenereerd met de superknop.
  • Pagina 119 Effect Switch De functies Arp Bypass en Kbd Ctrl Lock zijn toegevoegd voor Effect Switch. [UTILITY]  [Effect Switch] of tik op het pictogram Effect Handeling Arp Bypass Kbd Ctrl Lock (Arpeggio-omzeilingsschakelaar) (toetsenbordbesturingsslot) Arp Bypass (Arpeggio-omzeilingsschakelaar) Hiermee wordt bepaald of arpeggio-omzeiling actief is. Als deze is ingeschakeld, worden alle arpeggiatorbedieningen uitgeschakeld.
  • Pagina 120 Common/Audio Edit (Common/Audio) Control (Besturing) Control Number (Besturingsnummer) Als hetzelfde besturingsnummer wordt toegewezen aan de superknop en een toewijsbare knop, krijgt de superknop prioriteit en wordt de bediening van de toewijsbare knop mogelijk genegeerd. Er wordt in dat geval een waarschuwingsbericht weergegeven.
  • Pagina 121 USB Monitor Vanuit de display USB Monitor kunt u het audio-ingangsniveau van de [USB TO HOST]-aansluiting aanpassen. OPMERKING USB Main Monitor Volume en USB Assign Monitor Volume worden als speeldata opgeslagen. [PERFORMANCE]  [EDIT]  PART [COMMON]  [USB Monitor] Handeling USB Main Monitor Volume Hiermee past u het audiosignaalniveau aan, dat de ingang is vanuit de [USB TO HOST]-aansluiting en de uitgang naar de...
  • Pagina 122 Part Edit (Bewerken) U kunt nu kopiëren (of uitwisselen) tussen arpeggiotypen. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Select Part to be copied  [Arpeggio]  [Individual]  [SHIFT] + [EDIT] Handeling [PERFORMANCE]  [Motion Control]  [Arpeggio]  Selecteer de part die u wilt kopiëren  [SHIFT] + [EDIT] Copy (kopiëren) Exchange (Uitwisselen) OPMERKING...
  • Pagina 123 U kunt nu kopiëren (of uitwisselen) tussen motion sequences. [PERFORMANCE]  [EDIT]  Select Part to be copied  [Motion Seq]  [Lane]  [SHIFT] + [EDIT] [PERFORMANCE]  [Motion Control]  [Motion Seq]  Selecteer de part die u wilt kopiëren  [SHIFT] + [EDIT] Handeling [PERFORMANCE] ...
  • Pagina 124 Nieuwe functies in MONTAGE versie 1.10 Yamaha heeft de firmware van MONTAGE bijgewerkt. De volgende nieuwe functies zijn toegevoegd. In deze handleiding worden toevoegingen en wijzigingen beschreven met betrekking tot de bij uw instrument geleverde Naslaggids. • Er zijn nieuwe performances toegevoegd.
  • Pagina 125 Nieuwe performances Er zijn 64 nieuwe performances toegevoegd. Raadpleeg het PDF-document Datalijst voor details over de nieuwe performances. Performance Play (Home) In de display Performance Play (Home) kunt u soorten partijen en de status van de functie Arpeggio aanhouden bekijken. Home 1 Type/Naam-schakelaar Hiermee schakelt u tussen de weergave van het partijtype/de partijcategorie of de partijnaam.
  • Pagina 126 Category Search  Zoeken in categorieën voor partij Nu kunt u een partij in een performance selecteren en het geluid van de partij toewijzen aan een andere partij. [PERFORMANCE]  Selectie van partij  [SHIFT]+[CATEGORY] (Als de partij waaraan geluiden zijn toegewezen wordt geselecteerd) Tik op de partijnaam  Selecteer [Search] in het Handeling weergegeven menu.
  • Pagina 127  Performance Merge Vanuit de display Performance Merge kunt u meerdere partijen tegelijk vanuit de geselecteerde performance toewijzen aan lege partijen in de performance die u aan het bewerken bent. Zo kunt u bijvoorbeeld vier pianopartijen in één prestatie en twee strijkinstrumentenpartijen in een andere performance samenvoegen om nog rijker gestructureerd, gelaagd geluid te verkrijgen.
  • Pagina 128 Utility Settings (Instellingen) Advanced Datacommunicatie tussen dit instrument en een extern apparaat met alleen het opgegeven MIDI-kanaal is nu beschikbaar. [UTILITY]  [Settings]  [Advanced] Handeling MIDI I/O Mode MIDI I/O Ch. (MIDI I/O-kanaal) MIDI I/O-modus Bepaalt welke MIDI I/O-modus wordt gebruikt voor datacommunicatie tussen dit instrument en een extern apparaat. Instellingen: Multi, Single Multi:...
  • Pagina 129 Contents (Inhoud) Data Utility Nu kunt u tegelijkertijd meerdere inhoud, zoals performances in het gebruikersgeheugen verwijderen. [UTILITY]  [Contents]  [Data Utility] Handeling  Als de geselecteerde map is geopend Job (Job-schakelaar) Unselect All (Alle selecties opheffen) Delete (verwijderen) Job (Job-schakelaar) Bepaalt of de functie Job actief (On) is of niet (Off).
  • Pagina 130 Library Import (Bibliotheek importeren) Nu kunt u een bepaalde performance selecteren in het bibliotheekbestand dat in het gebruikersgeheugen is geladen, en de performance naar de gebruikersbank kopiëren. [UTILITY]  [Contents]  [Library Import] Handeling  Library Folder List (Lijst met bibliotheekmappen) Bibliotheekmap selecteren Bibliotheekmap selecteren Geeft de bibliotheken weer als mappen.
  • Pagina 131 Performance Select Geeft de performances in de geselecteerde bibliotheek aan. Raak de naam aan om te schakelen tussen geselecteerd en niet geselecteerd. Select All (Alles selecteren) Hiermee selecteert u alle performances in de geselecteerde bibliotheekmap. Deze knop wordt alleen weergegeven als er geen performance is geselecteerd.
  • Pagina 132 Live Set Edit (bewerken) U kunt nu livesets per bank of pagina kopiëren (of uitwisselen). [LIVE SET]  Gebruikersbankselectie  [EDIT]  Selecteer de bank/pagina die u wilt kopiëren  [SHIFT] + [EDIT] Handeling Copy (kopiëren) Exchange (Uitwisselen) OPMERKING Het is niet mogelijk om pagina's te kopiëren (uit te wisselen) tussen verschillende banken. Copy (kopiëren) Raak deze knop aan om de bank-/paginakopieerfunctie te activeren.
  • Pagina 133 0 – 15 Pagina 14, sleuf 1 – 16 0 – 15 Pagina 15, sleuf 1 – 16 0 – 15 Pagina 16, sleuf 1 – 16 Manual Development Group © 2016 Yamaha Corporation Published 05/2020 LB-H0 Aanvullende handleiding bij MONTAGE...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Montage 7Montage 8