2
Veiligheid
De volgende secties geven veiligheidsinformatie over
de gashaard:
Veiligheid met betrekking tot installatie
−
Aanwezige gas-en elektrische installatie
−
Installatievoorschriften
−
Veiligheidsvoorschriften voor haardvulling
−
Veiligheid met betrekking tot gebruik
−
Drie veiligheidsvoorzieningen van de gashaard
−
2.1
Veiligheid met betrekking tot installatie
Installatie van de gashaard bevat procedures die
zorgvuldig uitgevoerd moeten worden. Houdt u aan de
regels voor veiligheid en gezondheid welke van
toepassing zijn voor uw land (bijvoorbeeld de Arbowet)
tijdens de installatiewerkzaamheden.
Algemene instructies voor installatie:
Alle beschreven procedures mogen alleen uitgevoerd
worden door bevoegd technisch personeel.
Voer installatieprocedures zorgvuldig uit om
•
schade en ongelukken te voorkomen.
Gebruik adequate beschermingsmiddelen tijdens
•
werkzaamheden.
Zorg ervoor dat de plaatselijke condities, zoals
•
gasdruk en het soort gas, overeenkomen met de
gegevens op de typeplaat van de gashaard.
Installeer een gashaard alleen in een ruimte die
•
volgens de geldende norm beschikt over
voldoende ventilatie.
Voer altijd een schoorscheenberekening uit, zoals
•
aangegeven in paragraaf 4.2 Schoorsteen-
berekening.
Gebruik altijd een concentrisch kanaalsysteem
•
welke overeenkomt met de goedkeuring van de
gashaard.
Houd u aan de gestelde installatie-voorschriften.
•
2.2
Aanwezige gas-en elektrische installatie
Controle van de gastechnische installatie
De gasleiding en gaskraan naar de gashaard dienen
door een erkend installateur te worden geïnstalleerd
en zijn geen onderdeel van de leveromvang. De
gasleidingdiameter moet voor ieder toestel bepaald
worden aan de hand van de geldende richtlijnen.
Voor Nederland gelden de NEN 1078 en NPR 3378
•
richtlijnen.
Voor België geldt de NBN D51-003
•
(schouwaansluiting en gasaansluiting) richtlijn.
Voor Duitsland geldt de Arbeitsblatt G600 DVGW-
•
TRGI richtlijn.
8
Controle van de gasspecificaties
Controleer of de gasspecificaties overeenkomen met
de aansluiting. Op het typeplaatje is de geschikte
gassoort en gasdruk van de gashaard aangeven. Het
typeplaatje bevindt zich aan de binnenkant van het
deurtje van de technische box en rechts achter op de
bodem van de gashaard. Informeer bij Kalfire naar de
mogelijkheden als u de gashaard wilt gebruiken in
combinatie met een andere gassoort. Informeer bij
Kalfire naar de mogelijkheden als u de gashaard wilt
gebruiken in combinatie met een andere gassoort.
Controle van de elektrische installatie
De elektrische installatie naar de gashaard moet door
een erkend installateur te worden geïnstalleerd en is
geen onderdeel van de leveromvang.
Voedingsspanning en gevraagd elektrisch vermogen:
1.
Alle haarden zonder hybride ledverlichting:
230V/22W.
2.
Alle haarden met hybride ledverlichting en Natural
Spark Generator: 230V/40W.
WAARSCHUWING!
De gashaard heeft een permanente stroomvoorziening
nodig. Bij het onderbreken van de stroomvoorziening
worden eerder opgeslagen fouten gewist. Regelmatig
onderbreken van de stroomvoorziening beïnvloedt de
veiligheidsvoorzieningen, waardoor gevaarlijke
situaties kunnen ontstaan.
WAARSCHUWING!
Indien er sprake is van een 2 fase netwerk dient een
scheidingstrafo geplaatst te worden. Hiermee wordt
het 2 fase netwerk omgezet naar een standaard 1 fase
netwerk van 230V.
2.3
Installatievoorschriften
Tijdens de installatie moet aan de volgende
voorwaarden worden voldaan:
WAARSCHUWING!
Zorg voor voldoende ventilatie in de opstellingsruimte
van de haard. De opstellingsruimte is voldoende
geventileerd indien: nominaal vermogen van de haard
(kW) / Inhoud opstellingsruimte (m3) < 35.
Voor de veilige afstand van de muurdoorvoer tot
•
aangrenzende muren, overkappingen en ramen
verwijzen wij naar zowel de geldende landelijke als
ook plaatselijke voorschriften.
Gebruik uitsluitend vuurvast materiaal bij de
•
installatie van de haard.