38. Alleen de volgende sonde en sensor (Nonin 8000 SS, SM, SL en 3012LP XPOD) zijn bedoeld
voor gebruik met het Cadwell EEG-systeem.
39. De Cadwell-oximeter is niet bedoeld voor gebruik als een beslissingsapparaat voor kritieke
zorg. Het verwerft secundaire oximetriegegevens voor analytische beslissingen op lange
termijn en is bedoeld om te worden gebruikt in combinatie met EEG-verworven
informatie.
40. Sluit geen items aan die niet gespecificeerd zijn als onderdeel van of voor gebruik met het
Arc-systeem.
41. Controleer bij het bevestigen van de elektroden op een patiënt of de proefpersoon niet
verstrikt raakt in de draden. Cadwell biedt meerdere kabellengtes voor verschillende
klinische toepassingen en patiëntgroottes.
42. Zorg dat de elektrodedraden zich niet rond de nek van de patiënt wikkelen.
43. Plaats een scheidingstransformator nooit op de grond.
44. Overschrijd de maximale belasting van de medische scheidingstransformator niet.
45. Gebruik de scheidingstransformator niet om niet-systeemcomponenten te voeden; dit kan
de transformator overbelasten of de scheiding tenietdoen door extra lekbronnen te
leveren.
46. Sluit niet-medische elektrische apparatuur in de patiëntenomgeving niet rechtstreeks aan
op een stopcontact. Dit kan overmatige lekstroom in de patiëntomgeving veroorzaken.
47. Met de hulpmiddelen voor software in Arc kunnen Arc-gegevens worden verplaatst,
beheerd en verwijderd. De eindgebruiker moet gegevens veilig beheren en archiveren
zodat ze teruggevonden kunnen worden.
48. Geleidende delen van elektroden en bijbehorende connectoren voor toegepaste
onderdelen, inclusief de neutrale elektrode, mogen geen contact maken met andere
geleidende onderdelen, inclusief aarde.
49. Gebruik het systeem niet als een onderdeel fysieke schade heeft.
50. Niet in een autoclaaf plaatsen.
51. Stop met het gebruik van een module of sensor als de patiënt allergische reacties vertoont
op lijm of materialen.
52. Controleer bij het aanbrengen van de kous op de patiënt of de kous de ogen, neus, mond
of oren van de patiënt niet bedekt. Controleer of de kous niet verstrikt raakt in de nek van
de patiënt, de luchtstroom of de bloedsomloop niet beperkt.
53. Het Apollo+ apparaat is bedoeld om over kleding te worden gedragen en is niet bedoeld
om direct in contact te komen met de patiënt. De elektroden die zijn aangesloten op de
versterker zullen contact maken met de patiënt, deze maken echter geen deel uit van de
Apollo+ IEC 60601 evaluatie. Het staat de gebruiker vrij om elektroden te kopen van elke
fabrikant van elektroden.
54. Componenten van het systeem zijn niet bedoeld als apparaten die in contact komen met
de patiënt.
© 2023 Cadwell Industries, Inc.
Handleiding Apollo 100871-639-DUT Rev. 00
40