Gebruik onderstaande tabel om te bepalen welk ondermes het best geschikt is voor de gewenste maaihoogte.
Schema met ondermes/maaihoogte (productie ondermes)
Ondermes
Lage
maaihoogte
EdgeMax®
Standaard
114-9388 (model 03189/90, 69 cm)
114-9389 (model 03191, 81 cm)
Heavy-duty
114-9390 (model 03192, 69 cm)
* Bij grassoorten voor het warme seizoen is mogelijk het ondermes met lage maaihoogte nodig voor 12,7 mm en minder.
1. Hoogte ondermeslip*
Termen gebruikt in
maaihoogtetabel
Maaihoogte-instelling
Dit komt overeen met de gewenste maaihoogte.
Basisinstelling maaihoogte
De basisinstelling van de maaihoogte is de hoogte
waarop de bovenrand van het ondermes is ingesteld
boven een gelijk oppervlak dat de onderkant van
zowel de voorrol als de achterrol raakt.
Effectieve maaihoogte
Dit is de werkelijke hoogte waarop het gras is
gemaaid. Voor een bepaalde basisinstelling van de
maaihoogte zal de effectieve maaihoogte variëren
afhankelijk van het type gras, het seizoen en de
toestand van de grond en het gazon. De instelling
van de maai-eenheid (agressiviteit van maaien,
rollen, ondermessen, gemonteerde werktuigen,
gazoncompensatie-instellingen enz.) heeft ook een
invloed op de effectieve maaihoogte.
Controleer regelmatig de effectieve maaihoogte
met de Toro Turf Evaluators om de gewenste
basisinstelling van de maaihoogte te bepalen.
Onderdeelnr.
120-1641 (69 cm)
120-1642 (81 cm)
137-6095 (69 cm)
114-9391 (81 cm)
Figuur 20
Hoogte ondermeslip
5,6 mm
(5,6 mm)
6,9 mm
(6,86 mm)
6,9 mm
(6,86 mm)
9,3 mm
0,370 inch
Aanbevolen Toro Turf Evaluators om de Toro
Reelmaster effectieve maaihoogte te meten
21):
•
Turf Evaluator, model 04399: voor een
g006510
basisinstelling van de maaihoogte van 6 to 25 mm.
•
Hoge maaihoogte Turf Evaluator, model 136-3635:
voor een basisinstelling van de maaihoogte van
25 to 51 mm.
1. Turf Evaluator – effectief maaihoogtebereik: 0 tot 41 mm
2. Hoge maaihoogte Turf Evaluator – effectief
maaihoogtebereik: 19 tot 152 mm
Agressiviteit van maaistand
De agressiviteit van de maaistand van de
maai-eenheid heeft een duidelijke invloed op de
prestaties van de maai-eenheid. De agressiviteit van
de maaistand slaat op de hoek van het ondermes ten
opzichte van de grond
De beste instelling van de maai-eenheid hangt af
van de gazonomstandigheden en de gewenste
resultaten. Ervaring met het maaien van uw gazon
bepaalt de beste instellingen. U kunt de agressiviteit
van de maaistand aanpassen gedurende het gehele
maaiseizoen afhankelijk van hoe het gras erbij ligt.
In het algemeen is een laag tot normaal agressieve
instelling beter geschikt voor grassoorten voor het
16
Maaihoogte
6,4 tot 12,7 mm
(6,35 tot 12,7 mm)
9,5 tot 50,8 mm
(9,53 tot 50,8 mm)*
9,5 tot 50,8 mm
(9,53 tot 50,8 mm)
12,7 tot 50,8 mm
(12,7 tot 50,8 mm)
Figuur 21
(Figuur
22).
(Figuur
g342500