Onderhoud motor
Veiligheid van de motor
•
U moet de motor afzetten voordat u het oliepeil
controleert of het carter bijvult met olie.
•
Verander de snelheid van de toerenregelaar niet
en laat de motor het maximale toerental niet
overschrijden.
Onderhoud van het
luchtfilter
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren (Geef
het luchtfilters een onderhoudsbeurt
wanneer de luchtfilterindicator rood
is. Dit moet vaker gebeuren in uiterst
stoffige of vuile omstandigheden.)
Controleer de luchtfilterbehuizing op schade
die een luchtlek kan veroorzaken. Vervang de
luchtfilterbehuizing indien deze beschadigd is.
Controleer het gehele luchtinlaatsysteem op lekken,
beschadiging of losse slangklemmen.
Geef het luchtfilter uitsluitend een onderhoudsbeurt
als de onderhoudsindicator
Als u het luchtfilter vervangt voordat dit nodig is, wordt
alleen maar de kans vergroot dat er vuil in de motor
komt als het filter wordt verwijderd.
Belangrijk:
Zorg ervoor dat het deksel goed
vastzit en de luchtfilterbehuizing helemaal afsluit.
1.
Maak de sluitingen los waarmee het deksel van
het luchtfilter is bevestigd aan het luchtfilterhuis
(Figuur
46).
Figuur 46
1. Deksel
2. Vergrendeling
2.
Verwijder het deksel van het luchtfilterhuis.
(Figuur
46) dit aangeeft.
g003968
3. Indicatielampje voor
onderhoud
3.
Voordat u het filter weghaalt, moet u met schone
en droge perslucht onder lage druk (2,76 bar)
grote hoeveelheden aangekoekt vuil verwijderen
dat tussen de buitenkant van het filter en de
filterbus zit.
Belangrijk:
Gebruik geen perslucht onder
hoge druk, omdat hierdoor vuil via the filter
in het inlaatkanaal kan worden geblazen.
Opmerking:
vuil in de inlaat terechtkomt als het filter wordt
verwijderd.
4.
Verwijder en vervang het filter
Opmerking:
gebruikte element te reinigen omdat dit kan
leiden tot beschadiging van de filtermedia.
1. Deksel
2. Filter
3. Indicatielampje
5.
Inspecteer het nieuwe filter op transportschade
en controleer het uiteinde van het filter (dit moet
goed aansluiten) en de filterbehuizing.
Belangrijk:
Een beschadigd element mag
niet worden gebruikt.
6.
Plaats het nieuwe filter door de buitenring van
het element aan te drukken om dit vast te zetten
in de filterbus.
Belangrijk:
midden van het filter.
7.
Reinig de opening van de vuiluitlaat in het
afneembare deksel. Verwijder de rubberen
uitlaatklep van het deksel, maak de holte schoon
en plaats de klep terug.
8.
Monteer het deksel met de rubberen uitlaatklep
naar beneden gericht – in een stand tussen
ongeveer 5 tot 7 uur, gezien vanaf het uiteinde.
9.
Maak de sluitingen vast.
39
Deze reiniging voorkomt dat er
(Figuur
Het wordt afgeraden het
Figuur 47
Druk niet op het flexibele
47).
g014629