Ingebruikname; Besproeiingscomputer Op Waterkraan Aansluiten; Bodemvochtigheid- Of Regensensor Aansluiten (Optioneel) - Gardena C 1030 plus Instructies Voor Gebruik
Verberg thumbnails
Zie ook voor C 1030 plus:
- Gebruiksaanwijzing (26 pagina's) ,
- Instructies voor gebruik (72 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
4. Ingebruikname
Batterij plaatsen :
E
Besproeiingscomputer op
waterkraan aansluiten :
H
G
I
Bodemvochtigheid- of
regensensor aansluiten
(optioneel) :
E
J
28
Deze besproeiingscomputer mag alleen met een 9 V alkali-
mangaan (alkaline) batterij type IEC 6LR61 gebruikt worden.
1. Besturingsgedeelte
van de besproeiingscomputer afnemen.
F
2. Batterij
in het batterijvak
plaatsen. Let daarbij op de
z
juiste polariteit
. Het display
P
toont gedurende 2 seconden alle
LCD-symbolen en springt dan
naar het tijd- / weekdagniveau.
3. Besturingsgedeelte
De besproeiingscomputer heeft een wartelmoer
kranen met 33,3 mm (G1")-schroefdraad. De meegeleverde
H
adapter
dient voor aansluiting van de besproeiingscomputer
aan een waterkraan met 26,5 mm (G ³⁄₄ " )-schroefdraad.
1. Met 26,5 mm (G ³⁄₄ " )- schroefdraad : Adapter
op de waterkraan schroeven (geen tang gebruiken).
G
2. Wartelmoer
van de besproeiingscomputer met de hand op
de schroefdraad van de waterkraan schroeven (geen tang
gebruiken).
I
3. Kraanstuk
op de besproeiingscomputer schroeven.
Naast de tijdgestuurde besproeiing is er bovendien de mogelijk-
heid om de bodemvochtigheid of de neerslag in het besproeiings-
programma te integreren.
Bij voldoende bodemvochtigheid of bij regen wordt stopzetting
van het programma geactiveerd of de activering van het pro-
gramma belemmerd. De manuele besproeiing Man. On / Off is
onafhankelijk hiervan mogelijk.
Via de besproeiingsmodus „Bodemvochtigheidssensor gestuurde
besproeiing" kan de besproeiing geheel afhankelijk van de bodem-
vochtigheid gestuurd worden.
1. Besturingsgedeelte
computer afnemen.
2. Bodemvochtigheidsensor in het besproeiingsbereik
– of –
regensensor (eventueel met verlengkabel) buiten het
besproeiingsbereik plaatsen.
3. Stekker van de sensor in de sensoraansluiting
besproeiingscomputer steken.
Voor de aansluiting van oudere sensors is er mogelijk een
GARDENA adapterkabel art. 1189-00.600.45 noodzakelijk
die via de GARDENA service verkregen kan worden.
E
van de behuizing
z
P
E
weer op het huis steken.
E
van de behuizing van de besproeiings-
F
G
voor water-
H
met de hand
J
van de
Advertenties
Inhoudsopgave
