het platte en het gebogen deel samenkomen
(Figuur
130).
Opmerking:
Omdat het metaal dat het platte
en het gebogen deel van het mes verbindt,
kan wegslijten door zand en ander schurend
materiaal, moet u dit steeds controleren
voordat u de maaier gaat gebruiken. Als u een
slijtplek ontdekt
(Figuur
onmiddellijk vervangen.
Figuur 130
1. Snijrand
2. Gebogen deel
3.
Inspecteer de snijranden van alle messen en
slijp de snijranden als deze bot zijn of bramen
vertonen
(Figuur
131).
Opmerking:
Slijp alleen de bovenkant van de
snijrand en behoud de oorspronkelijke snijhoek
om te zorgen dat het mes scherp blijft
131). Het mes blijft in balans als u evenveel
materiaal weghaalt van beide snijkanten.
130), moet u het mes
g004653
3. Slijtage/groefvorming
4. Scheur
(Figuur
1. Onder de oorspronkelijke hoek slijpen.
Opmerking:
ze op een slijpmachine. Nadat de snijranden
zijn geslepen, monteert u het mes met de
antiscalpeercup en de mesbout; zie
van de maai-eenheden verwijderen en monteren
(bladz.
89).
90
Figuur 131
Verwijder de messen en slijp
Mes(sen)
g000276