Belangrijke informatie
Handmatige knoopsgaten markeren
⦁
markeer de knoopsgatlengte overal op de gewenste plaats
⦁
gebruik knoopsgatvoet nr. 3C (speciaal accessoire)
automatische knoopsgaten markeren
⦁
markeer uitsluitend één knoopsgatlengte
►
na het naaien van het eerste knoopsgat is de lengte geprogrammeerd
⦁
markeer voor alle overige knoopsgaten alleen het beginpunt
⦁
gebruik de automatische knoopsgatsledevoet nr. 3A
oogknoopsgaten markeren
⦁
markeer alleen de kordonlengte
►
de lengte van het oog wordt extra genaaid
►
na het naaien van het eerste knoopsgat is de lengte geprogrammeerd
⦁
markeer voor alle overige knoopsgaten alleen het beginpunt
⦁
gebruik de automatische knoopsgatsledevoet nr. 3A
Proeflapje
⦁
maak altijd een proefknoopsgat op een stukje van de originele stof en
⦁
gebruik hetzelfde verstevigingsmateriaal als bij het uiteindelijke knoopsgat
⦁
kies hetzelfde soort knoopsgat
⦁
naai het knoopsgat steeds in dezelfde richting op de stof (lengte of dwars)
⦁
snijd het knoopsgat open
⦁
schuif de knoop door het knoopsgat
⦁
pas de lengte van het knoopsgat indien nodig aan
kordonbreedte veranderen
⦁
verander de steekbreedte
Steeklengte veranderen
Een wijziging van de steeklengte heeft invloed op beide kordons.
►
steken dichter op of verder uit elkaar
Na het veranderen van de steeklengte:
⦁
moet de knoopsgatlengte opnieuw worden geprogrammeerd
Als een knoopsgat dwars ten opzichte van
de rand moet worden genaaid, is het
raadzaam om een nivelleerplaatje (speciaal
accessoire) te gebruiken. Leg het
nivelleerplaatje van achteren tussen het
naaiwerk en de naaivoetzool, tot aan het
dikke gedeelte en schuif het plaatje naar
voren.
Voor het naaien van een knoopsgat in
moeilijk materiaal is het raadzaam om een
transporthulp (speciaal accessoire) te
gebruiken. Dit accessoire kan in combinatie
met de knoopsgatsledevoet nr. 3A worden
gebruikt.
033804.52.05_2014-02_Manual_B780_NL
Knoopsgaten
83