Quiltsteken
toepassingen
doorpitsteek
104
terugtransportvoet nr. 1C
doorpitsteken nr. 1328, 1347, 1348, 1350
Voor alle materialen en projecten die er «met de hand gemaakt» moeten
uitzien.
garen
̶ bovengaren = monofilgaren
̶ ondergaren = borduurgaren
Proeflapje
►
de onderdraad wordt door de hoge bovendraadspanning omhooggetrokken
̶ een steek is zichtbaar (onderdraad)
̶ een steek is onzichtbaar (monofil) = handgemaakt effect
Bovendraadspanning
Verhoog de bovendraadspanning afhankelijk van het materiaal naar 6-9.
Balans
Pas de steek indien noodzakelijk middels de balansfunctie aan.
Perfecte hoeken
̶ druk op de «naaldstop»-toets, naald onder, druk op de
«motiefeinde/motiefherhaling»-toets, draai het naaiwerk
̶ let er bij het draaien op dat het naaiwerk nergens trekt
monofilgaren breekt
̶ verminder de naaisnelheid
̶ verminder de bovendraadspanning
033804.52.05_2014-02_Manual_B780_NL