2.2 Werkingsprincipe
De Remeha Quinta is voorzien van een gesloten bemanteling die tevens als luchtkast
dient. Met behulp van de ventilator wordt lucht naar binnen gezogen. Aan de uitlaat-
zijde van de ventilator is een venturi geplaatst waar het gas wordt ingespoten.
Afhankelijk van de instellingen en de heersende watertemperaturen, gemeten door de
temperatuursensoren, wordt het toerental van de ventilator geregeld. De venturi zorgt
vervolgens voor de gas- / luchtkoppeling, d.w.z. dat de hoeveelheid gas precies op de
hoeveelheid lucht wordt afgestemd. Hierdoor ontstaat een optimale verbranding over
het gehele belastingbereik.
Het gas- / luchtmengsel wordt in de venturi gemengd en daarna naar de brander
gebracht.
Na de verbranding worden de hete rookgassen door de gietaluminium warmtewisse-
laar geleid. Hier zullen de rookgassen warmte afdragen aan het c.v. water. De water-
damp in de rookgassen condenseert in het onderste deel van de warmtewisselaar. De
warmte die bij dit condensatieproces vrijkomt (de zogenaamde latente of condensatie
warmte) wordt eveneens aan het c.v. water overgedragen. Het gevormde condensatie-
water wordt via een sifon aan de onderzijde van de warmtewisselaar afgevoerd.
De zeer geavanceerde besturing van de Remeha Quinta, de zogenaamde Comfort
Master, zorgt voor een zeer betrouwbare warmtelevering. Dit houdt in dat het toestel
zeer praktisch om weet te gaan met negatieve invloeden uit de omgeving (zoals bij-
voorbeeld waterzijdige doorstromingsproblemen, luchttransportproblemen e.d.). Het
toestel zal bij dergelijke invloeden niet op storing gaan (vergrendeling) maar in eerste
instantie terug moduleren en eventueel, afhankelijk van de aard van de omstandighe-
den, tijdelijk uit gaan (blokkering of regelstop), om het na enige tijd gewoon opnieuw te
proberen. Zolang zich geen gevaarlijke situatie voordoet, zal het toestel altijd proberen
warmte te leveren.
Alleen Remeha Quinta 28c en Quinta 35c :
De Remeha Quinta 28c en Quinta 35c zijn combi-toestellen, dat wil zeggen, dat er
een voorziening is ingebouwd waar sanitair water wordt verwarmd. Het openen van
een warmwaterkraan wordt gesignaleerd door een flowswitch, waardoor het toestel
wordt vrijgegeven. De standaard PWM-pomp (= pulse wide modulation) wordt inge-
schakeld en pompt warm c.v.-water, dat zich in een buffervat bevindt, op zijn maximale
stand naar de warmtewisselaar. Hierdoor wordt een eventueel koude warmtewisselaar
snel opgewarmd. Het c.v.-water warmt vervolgens in een platenwarmtewisselaar het
tapwater op om zo een optimaal tapcomfort te garanderen. Als er gestopt wordt met
warmwater tappen zal het toestel automatisch het buffervat weer op temperatuur bren-
gen. Een instelbare tijdschakeling houdt het buffervat op temperatuur. Een driewegklep
bepaalt of het verwarmingswater naar de c.v.-installatie stroomt, of via de platenwarm-
tewisselaar voor warm tapwater zorgt. De driewegklep en pomp worden elektrisch
aangestuurd door de beveiligingsautomaat. Als er geen warmtevraag is, zal de drie-
wegklep richting warmwaterbereiding staan om snel te kunnen reageren op tapvraag.
10
Quinta 25/30s
Quinta 28/35c