Inlassokken
Hechtende media
Druk/vacuüm
VEGASWING 66 • Transistor (NPN/PNP)
NPT-schroefdraad
Bij instrumentbehuizingen met zelfafdichtende NPT-schroefdraad
kunnen de kabelwartels niet af fabriek worden ingeschroefd. De vrije
openingen van de kabeldoorvoeren zijn daarom met rode stofbe-
schermdoppen afgesloten als transportbeveiliging.
De beschermdoppen moeten voor de inbedrijfname door toegela-
ten kabelwartels worden vervangen of met geschikte blindpluggen
worden afgesloten.
4.2
Montage-instructies
Het schroefdraad en de afdichting aan de schroefdraaduitvoering van
de VEGASWING 66 voldoen aan DIN 3852 deel 2, inschroefdraad
vorm A.
Gebruik inschroefopeningen of inschroefmoffen conform DIN 3852
deel 2.
Let erop bij instrumenten met 1" NPT-schroefdraad, dat de inschroef-
opening op de tank een binnendiameter heeft van minimaal 29,5 mm
(1,16 in).
Ga bij de montage als volgt tewerk:
1. Schroef de VEGASWING 66 tot aan de aanslag in de inlassok. U
kunt daarmee de latere stand al voor het lassen vastleggen.
2. Markeer de stand van de VEGASWING 66 op de inlassok.
3. Markeer de betreffende positie van de inlassok op de tank.
Let er bij inbouw aan de zijkant op, dat de markering op het sleu-
telvlak van de VEGASWING 66 naar boven wijst.
4.
Verwijder de VEGASWING 66 voor het inlassen uit de inlassok.
5. Las de inlassok overeenkomstig de markering in.
Bij een horizontale inbouw in hechtende en taaivloeibare vloeistoffen
moeten de vlakken van de trilvork zo mogelijk verticaal staan, om
afzettingen op de trilvork zo gering mogelijk te houden. Bij de schroef-
draaduitvoering is een markering op het zeskant aanwezig. Daarmee
kunt u de stand van de trilvork bij het inschroeven controleren.
Bij flensuitvoeringen is de vork op de flensgaten uitgericht.
Bij aanhechtende en taaivloeibare producten moet de trilvork zo
mogelijk vrij in de tank steken, om afzettingen te voorkomen. Vermijdt
daarom bij horizontale inbouw sokken voor flenzen en inschroefsok-
ken.
Bij over- of onderdruk in de tank moet u de procesaansluiting afdich-
ten. Controleer vooraf of het afdichtingsmateriaal bestendig is tegen
het product en de procestemperatuur.
De maximaal toelaatbare druk vindt u in het hoofdstuk "Technische
gegevens" of op de typeplaat van de sensor.
Opmerking:
Afdichting voor instrumenten met procesaansluiting schroefdraad
4 Monteren
15