• Niet alle kabels die in de onderstaande verbindingen zijn weergegeven, worden bij de projector geleverd (zie
Inhoud van de verpakking op pagina
• Onderstaande afbeeldingen met verbindingen dienen slechts ter illustratie.
• Voordat een kabel op de projector wordt verbonden of met een apparaat dat met de projector is verbonden, raakt
u een metalen voorwerp aan om statische elektriciteit van uw lichaam te verwijderen.
• Gebruik geen kabels die langer zijn dan noodzakelijk om de projector te verbinden of met een apparaat dat met de
projector is verbonden. Als u een langere kabel gebruikt die is opgerold, functioneert deze als een antenne
waardoor de kabel gevoeliger is voor ruis.
• Als u kabels verbindt, verbindt u eerst de GND-kabel (aarde) en plaatst u vervolgens de signaalstekkers van het
apparaat.
• Bij notebooks worden de externe videopoorten vaak niet ingeschakeld wanneer een projector is aangesloten. Met
de toetsencombinatie FN + functietoets kunt u de externe weergave doorgaans in- of uitschakelen. Druk
tegelijkertijd op FN en een van deze toetsen. Raadpleeg de handleiding van het notebook voor meer informatie
over mogelijke toetsencombinaties.
• Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de projector hebt ingeschakeld en de juiste
videobron hebt geselecteerd, controleert u of het videoapparaat is ingeschakeld en goed werkt. Controleer ook of
de signaalkabels op de juiste manier zijn aangesloten.
U dient de projector slechts op een van de volgende videouitgangen aan te sluiten. Elke uitgang levert
een andere videokwaliteit.
HDMI 1/HDMI 2/HDMI 3
Component video
(via RGB-ingang)
S-VIDEO
VIDEO
PC IN
6). Deze kabels zijn verkrijgbaar bij elektronicawinkels.
Aansluiting
Beeldkwaliteit
Best
Beter
Goed
Normaal
Normaal
Aansluitingen
21