2 Bezorging en verwerking
Transport
De F1145PC dient verticaal en droog te worden ver-
voerd en opgeslagen. De F1145PC mag tijdens verplaat-
sing in een gebouw 45 ° naar achteren leunen.
Voorzichtig!
Het zwaartepunt van het product kan zich naar
achteren verplaatsen!
Als de compressormodule er rechtop uit wordt getrok-
ken en getransporteerd, kan de F1145PC op de achter-
kant getransporteerd worden.
Verwijder de buitenste panelen om deze tijdens het
verplaatsen in kleine ruimtes in gebouwen te bescher-
men.
De compressor module verwijderen
De warmtepomp kan uiteen worden gehaald door de
compressor module uit de kast te verwijderen. Dit ver-
eenvoudigt het transport en onderhoud.
Zie pagina 55 voor instructies over de demontage.
Montage
Plaats de F1145PC op een stevige ondergrond die
■
het gewicht kan dragen, bij voorkeur op een beton-
nen vloer of een betonnen fundament. Gebruik de
verstelbare poten van het product voor een horizon-
tale en stabiele installatie.
30 - 50 mm
Het gebied waar de F1145PC wordt geplaatst, moet
■
zijn voorzien van afwatering in de vloer.
NIBE™ F1145PC
De warmtepomp moet in een niet-geluidsgevoelige
■
ruimte met de rugzijde tegen een buitenmuur wor-
den gezet om storende geluiden tegen te gaan. In-
dien dit niet mogelijk is, moet de opstelling in nabij-
heid van slaapkamers of andere geluidsgevoelige
kamers worden vermeden.
Muren van geluidsgevoelige ruimten moeten met
■
geluidsisolatie worden uitgerust, waar u de eenheid
ook plaatst.
Laat leidingen zodanig lopen dat ze niet worden
■
bevestigd aan binnenmuren die aan een slaap- of
woonkamer grenzen.
Installatiegebied
Laat 800 mm vrije ruimte over aan de voorzijde van het
product. Ca. 50 mm vrije ruimte aan iedere kant is no-
dig om de zijpanelen te verwijderen. De panelen hoe-
ven niet te worden verwijderd tijdens onderhoudswerk-
0
R
zaamheden, want alle werkzaamheden aan de
F1145PC kunnen vanaf de voorkant worden uitge-
voerd. Laat ruimte vrij tussen de warmtepomp en de
muur erachter (en gelegde aanvoerkabels en -leidin-
gen) om de kans op doorgifte van trillingen te vermin-
deren.
*
(50)
* Een normale installatie vereist 300 - 400 mm (alle zijkanten)
voor aansluiting op apparatuur, zoals niveaureservoirs, kleppen
en elektrische apparatuur.
*
(50)
800
Hoofdstuk 2 |
Bezorging en verwerking
7