Overzicht spuitpistool
Het air assist-spuitpistool combineert de principes van airless spuiten en spuiten d.m.v. lucht.
Airless- en air assist-spuiten:
•
de hydraulische kracht duwt de vloeistof onder hoge
druk door de opening van de spuittip.
•
De spuittip vormt de vloeistof in een sproeipatroon.
De vloeistofstroom en de patroonbreedte hangen af
van de maat van spuittip, de viscositeit van de vloeistof
en de druk ervan. Zie Spuittiptabellen, pagina 52.
3A8618B
Luchtondersteund spuiten:
•
lucht uit de luchtkap verstuift de vloeistof nog
fijner, waardoor een gelijkmatiger patroon ontstaat.
Luchtkappen optimaliseren de afwerkingskwaliteit
voor verschillende coatingeigenschappen. Er zijn
meerdere luchtkappen verkrijgbaar om aan
verschillende afwerkingsbehoeften te voldoen.
Zie de Selectiehandboek luchtkappen, pagina 56.
•
Met de ventilatorafstelknop kan de breedte van het
patroon worden ingesteld.
•
Het air assist-spuitpistool heeft een andere procedure
voor het instellen van de patroonbreedte dan een
luchtspuitpistool.
•
De patroonbreedte wordt verminderd door meer lucht
te gebruiken.
•
De patroonbreedte wordt vergroot door minder lucht
te gebruiken of een grotere spuittip te gebruiken.
Het spuitpistool is voorzien van een in- en
uitschakelvertraging. Bij het overhalen van de trekker
stroomt eerst de lucht en daarna de vloeistof. Wordt de
trekker losgelaten, dan stopt eerst de vloeistof en dan pas
de luchtstroom. Dit zorgt voor een goede verstuiving, en
voorkomt dat zich vloeistof zou ophopen op de luchtkap.
Overzicht spuitpistool
7