e Nachtportret
De flitser gaat altijd af. Klap de flitser uit voordat u opnamen gaat maken.
Wanneer de camera het gezicht van een persoon herkent, stelt deze scherp op dat gezicht (A 59).
Door de functie voor huid verzachten zien de huidtinten in de gezichten van personen er vloeiender
uit (A 43).
Als geen gezichten worden herkend, stelt de camera scherp op het onderwerp in het midden van het
beeld.
Digitale zoom kan niet worden gebruikt.
f Party/binnen
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
Houd de camera stil omdat beelden gemakkelijk last kunnen hebben van het trillen van het toestel. Stel
Vibratiereductie in op Uit in het menu Set-up (A 84) wanneer u een statief gebruikt tijdens het
fotograferen om de camera te stabiliseren.
Z Strand
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
z Sneeuw
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
h Zonsondergang
De camera stelt scherp op het gebied in het midden van het beeld.
i Schemering
Het scherpstelveld of de scherpstelaanduiding (A 9) wordt altijd groen wanneer de ontspanknop half
wordt ingedrukt.
O: Het gebruik van een statief wordt aanbevolen bij gebruik van onderwerpsstanden waarin O is
aangeduid. Stel Vibratiereductie in op Uit in het menu Set-up (A 84) wanneer u een statief gebruikt
tijdens het fotograferen om de camera te stabiliseren.
O
O
O
37