3. P r o fi e l en
3- 2 0
e. Selecteer Start. In de gebruikersinterface wordt dit
bericht weergegeven nadat de testpagina's uit de
printer zijn gerold:
f.
Haal uw afdrukken op.
g. De eerste paar afdrukken weggooien, aangezien de
verschillen hier meestal het grootst zijn.
17.
Evalueer de testpagina's door uw 2-zijdige afdruk op
ooghoogte nabij een lichtbron te houden.
a. Als u constateert dat er nog verdere aanpassingen van
het aangepaste papier nodig zijn, herhaal deze
procedure dan vanaf
TIP: U moet deze procedure misschien verscheidene keren
herhalen voordat u een acceptabele afdruk krijgt.
b. Als de afdrukken voor zowel Zijde 1 als 2 acceptabel
zijn, selecteer dan OK om de instellingen op te slaan
en het venster Profielen te sluiten.
OPMERKING: Nadat u OK hebt geselecteerd om de instellingen
op te slaan en het venster Profielen te sluiten, kan telkens
wanneer u een opdracht wilt uitvoeren met dit profiel de nieuwe
profielprocedure (bijvoorbeeld Aangepast papier1) worden
geselecteerd in het venster Lade-eigenschappen onder de
toepassing Soort.
18.
Als u een profiel van een aangepast papier bewerkt:
a. Selecteer het gewenste profiel op het tabblad
Aangepast papier in het venster Profielen.
b. Klik op Bewerken.
c. Herhaal deze procedure en begin bij
papiersoort
D oc u Co l or 5 0 00 A P H a nd l ei d i ng v oo r de b eh e er d e r
Gewenste papiersoort
selecteren.
selecteren.
Gewenste