Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Machine Inrijden; Starten Van De Motor - Toro Greensmaster 3420 TriFlex Gebruikershandleiding

Verberg thumbnails Zie ook voor Greensmaster 3420 TriFlex:
Inhoudsopgave

Advertenties

en uw beoordelingsvermogen wanneer u dit
onderzoek uitvoert.
Neem de onderstaande instructies door voor
gebruik van de machine op hellingen. Beoordeel
de omstandigheden van het terrein alvorens de
machine te gebruiken om na te gaan of u de
machine op een bepaalde dag op dit terrein kunt
gebruiken. Veranderingen in het terrein kunnen tot
gevolg hebben dat de machine anders reageert
op hellingen.
– Vermijd starten, stoppen of bochten maken
op hellingen. Vermijd plotse veranderingen
van snelheid of richting. Draai langzaam en
geleidelijk.
– Gebruik een machine nooit in omstandigheden
waarbij u twijfelt over tractie, sturen of stabiliteit.
– Verwijder of markeer obstakels zoals greppels,
putten, geulen, hobbels, stenen en andere
verborgen gevaren. In hoog gras zijn obstakels
niet altijd zichtbaar. De machine kan omslaan
op oneffenheden in het terrein.
– Denk eraan dat de machine tractie kan
verliezen doordat u bergafwaarts, op nat
gras of dwars op een helling maait. Als de
aandrijfwielen tractie verliezen, kunnen ze
gaan slippen en kunt u niet meer remmen of
sturen.
– Rij zeer voorzichtig als u de machine gebruikt in
de buurt van steile hellingen, greppels, dijken,
waterhindernissen en andere gevaarlijke
punten. De machine kan plotseling omslaan
als een wiel over de rand komt, of als de rand
instort. Zorg voor een veilige afstand tussen de
machine en een gevarenzone.
– Spoor gevaren onderaan de helling op. Indien
er gevaren zijn, maait u de helling met een
loopmaaimachine.
– Laat de maai-eenheden indien mogelijk neer
op de grond wanneer u werkt op hellingen.
Als u de maai-eenheden omhoog brengt op
hellingen, kan de machine onstabiel worden.
– Wees uiterst voorzichtig met grasopvangsys-
temen of andere werktuigen. Deze kunnen de
machine minder stabiel maken, waardoor u de
controle over de machine kunt verliezen.

De machine inrijden

Raadpleeg de bijgeleverde Gebruikershandleiding van
de motor voor informatie over olieverversingsbeurten
en aanbevolen onderhoudsprocedures tijdens de
inrijperiode.
Voor de inrijperiode is 8 uur genoeg.
Aangezien de eerste bedrijfsuren van cruciaal belang
zijn voor de betrouwbaarheid van de machine in
de toekomst, moet u de werking en de prestaties
van de machine scherp in het oog houden zodat
kleine gebreken die later grote problemen kunnen
veroorzaken, worden opgemerkt en verholpen.
Controleer de machine tijdens de inrijperiode
veelvuldig op olielekken, losse bevestigingen of
andere gebreken.

Starten van de motor

Belangrijk:
Gebruik geen ether of andere soorten
startvloeistof.
Opmerking:
U moet mogelijk het brandstofsysteem
ontluchten voordat u de motor start, indien zich één
van de volgende situaties heeft voorgedaan:
Eerste keer starten van een nieuwe motor.
De motor is gestopt omdat de brandstof op was.
Er is onderhoud uitgevoerd aan componenten
van het brandstofsysteem, bijvoorbeeld er is een
nieuw filter gemonteerd, etc.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de motor.
1.
Ga op de stoel zitten, trek de parkeerrem aan,
zet de heffen/dalen maai-bediening vrij, en zet
de schakelhendel in de N
2.
Neem uw voet van het tractiepedaal en verzeker
dat het pedaal in de N
3.
Zet de gashendel op L
4.
Plaats het sleuteltje in het contact en draai het
naar de A
-stand. Houd het in de A
AN
tot het indicatielampje van de gloeibougies
uitschakelt (ongeveer 6 seconden).
5.
Draai het contactsleuteltje dan naar de
S
-stand.
TART
Belangrijk:
startmotor oververhit raakt, mag u de
startmotor niet langer dan 10 seconden in
werking stellen. Als u de motor 10 seconden
achtereen hebt gestart, moet u 60 seconden
wachten voordat u een nieuwe startpoging
doet.
6.
Laat het sleuteltje direct los als de motor start en
laat het weer terugkeren naar D
7.
Laat de motor enkele minuten opwarmen
voordat u begint met werken.
Belangrijk:
gestart wordt, en na revisie van de motor,
moet de machine de eerste één tot twee
minuten vooruit en achteruit worden gezet.
Draai het stuurwiel naar links en naar
rechts om de stuurreactie te controleren.
Schakel de motor dan uit en wacht totdat alle
bewegende delen tot stilstand zijn gekomen;
zie
De motor afzetten (bladz.
27
EUTRAALSTAND
EUTRAALSTAND
.
ANGZAAM
Om te voorkomen dat de
RAAIEN
Als de motor voor het eerst
28). Controleer
.
staat.
-stand
AN
.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

04540

Inhoudsopgave