... in de diepvrieszone
Om verse voedingsmiddelen in te vrie-
zen en langdurig te bewaren, moet de
temperatuur -18 °C zijn. Bij deze tem-
peratuur wordt de groei van micro-orga-
nismen grotendeels gestopt. Zodra de
temperatuur hoger wordt dan -10 °C,
begint de aantasting door de micro-or-
ganismen en de voedingsmiddelen zijn
minder lang houdbaar. Daarom mogen
(gedeeltelijk) ontdooide voedingsmid-
delen pas weer worden ingevroren, na-
dat ze zijn verwerkt (koken of braden).
Door de hoge temperaturen worden de
meeste micro-organismen gedood.
Temperatuur instellen
Raak de sensortoets aan om de
temperatuur in te stellen.
De eerder ingestelde temperaturen van
de koel- en diepvrieszone verschijnen.
Kies met behulp van de sensortoet-
sen en de temperatuurzone uit
waarvan u de temperatuur wilt wijzi-
gen en bevestig uw keuze met OK.
Stel de temperatuur in met behulp
van de sensortoetsen en . Als u
de sensortoetsen ingedrukt houdt,
verandert de temperatuur continu.
Bevestig de instelling van de tempe-
ratuur met OK of wacht ongeveer
8 seconden nadat u voor het laatst
een toets heeft aangeraakt. De tem-
peratuur wordt dan automatisch over-
genomen.
Tip: De nieuwe instelling wordt ook be-
vestigd en overgenomen als u de deur
sluit.
De juiste temperatuur
De temperatuuraanduiding in de dis-
play geeft altijd de gewenste tempe-
ratuur van de koelzone aan.
Heeft u de temperatuur gewijzigd, con-
troleer dan de temperatuuraanduiding
na ca. 6 uur wanneer er weinig voe-
dingsmiddelen in het toestel liggen
en na ca. 24 uur wanneer het toestel
goed vol zit. Pas dan is de werkelijke
temperatuur ingesteld.
Is de temperatuur dan nog te hoog of
te laag, wijzig de temperatuur dan.
De temperatuur in het droogvak van
de MasterFresh-zone wijzigen
In het droogvak van de MasterFresh-zo-
ne ligt de temperatuur op ca. 2 °C.
Wilt u een lagere temperatuur om bijv.
vis te bewaren, dan kunt u de tempera-
tuur in het droogvak wijzigen.
Open de bovenste toesteldeur.
Verwijder het droogvak (zie hoofdstuk
"De binnenruimte indelen", paragraaf
"Vakken uit de koelzone verwijderen")
of trek deze tot de aanslag eruit.
Aan de achterwand van de koelzone
bevindt zich de thermostaat waarmee u
de temperatuur in het droogvak kunt
wijzigen.
De thermostaat staat standaard in de
positie "cold".
87