3. Neem de door pijlen op het aansluitblok en aan de regelklep aangeduide
stromingsrichting in acht.
4. Monteer de aansluitslangen met behulp van geschikt gereedschap.
» De aansluitslangen zijn gemonteerd.
5.3.3
Afvalwaterleiding tot stand brengen
AANWIJZING
● Waterschade
► Breng de slangen aan zonder knik en met afschot naar het afvoerkanaal.
1. Kort de spoelwaterslang (Ø 12 mm) in tot de benodigde lengte.
2. Bevestig de spoelwaterslang.
» Het regeneratiewater stroomt met druk uit.
Stuwing van het afvalwater door geknikte slangen
Installatie
23 | 60