3-4
Indicatielampjes
Indicatielampjes
: lampje is aan
: lampje knippert
STAND BY
LAMP
Aangegeven problemen opheffen
CATEGORIE
Handeling 1
Als de koelventilator niet naar
behoren werkt.
Handeling 2
Als de lampklep, die de lamp
beschermt, niet goed is gesloten
of als het sensorsysteem niet
normaal werkt.
Handeling 3
Als de temperatuur in de projec-
tor te ver oploopt.
Handeling 4
Geen video
Handeling 5
De lamp werkt niet goed nadat
de stroom op abnormale wijze is
afgesloten of als de projector
wordt uitgeschakeld en meteen
weer wordt ingeschakeld.
Handeling 6
Als het scherm donkerder wordt. Controleer de gebruiksduur van de lamp in het informatiescherm. Als u de
Gebruik
: lampje is uit
TEMP
Als u drukt op de knop POWER op de afstandsbediening of de projector, wordt
het scherm binnen 30 seconden weergegeven.
De projector bevindt zich in normaal bedrijf.
Deze toestand treedt op wanneer de projector bezig is met de voorbereiding van
een bewerking nadat de POWER-toets op de projector of de afstandsbediening
is ingedrukt.
Met de POWER-toets schakelt u de projector weer uit. Het koelsysteem blijft aan
om het binnenwerk van de projector af te koelen. (Dit duurt ongeveer 1 minuut)
Zie handeling 1 hieronder als de koelventilator in de projector niet naar behoren
werkt.
Zie actie 2 hieronder als de lampklep, die de lamp beschermt, niet goed is geslo-
ten.
De projector wordt automatisch uitgeschakeld op het moment dat de tempera-
tuur binnen de projector boven de toegestane grens komt. Zie handeling 3.
Er is een probleem opgetreden bij het gebruik van de IC in het product. Zie han-
deling 4.
Er is een probleem opgetreden met de werking van de lamp. Zie handeling 5.
De levensduur van de lamp is verstreken. Zie handeling 6.
Het geheugen in het product werkt niet normaal. Neem contact op met een ser-
vicecentrum.
De stroom voor het product werkt niet normaal. Neem contact op met een ser-
vicecentrum.
Er is een probleem opgetreden bij het gebruik van het kleurenwiel in het product.
Zie handeling 4.
TOESTAND
Als de symptomen zich blijven voordoen nadat u het netsnoer hebt losge-
haald en weer hebt aangesloten en de projector weer hebt ingeschakeld,
neemt u contact op met een Samsung-servicecentrum.
Controleer of de schroeven aan de onderzijde van de projector goed zijn
bevestigd. Als ze niet normaal zijn bevestigd, neemt u contact op met een
Samsung-servicecentrum.
Pas de installatie van de projector aan in overeenstemming met het het
gedeelte Voorzorgsmaatregelen bij de installatie. Laat de projector vol-
doende afkoelen en schakel deze opnieuw in. Als het probleem zich blijft
voordoen, neemt u contact op met een Samsung-servicecentrum.
Verbreek verbinding met de netstroom, maak opnieuw verbinding en start
de projector opnieuw. Als het symptoom zich blijft voordoen, neemt u con-
tact op met een Samsung-servicecentrum.
Schakel de stroom uit, wacht totdat er voldoende tijd is vertreken om af te
koelen en schakel de stroom dan weer in. Als het probleem zich blijft voor-
doen, neemt u contact op met een Samsung-servicecentrum.
lamp moet vervangen, neemt u contact op met een Samsung-servicecen-
trum.
INFORMATIE
MAATREGELEN
3-4