De aanbindingen aan de rij schroefkopjes van de trapper, moet in volgorde overeen komen met
die van de schachten.
Maak eerst alle aanbindingen met de bovenschemels. Deze koorden worden tussen de
onderschemels door geleid naar de trappers. Neem hierbij als vaste regel dat ieder koord achter
de onderschemel van dezelfde schacht langs loopt. Wanneer je hierna de onderschemels
aanbindt moeten alle keepjes in die schemels, waar een koord achter langs loopt, niet gebruikt
worden. Als je de fout maakt, zowel de onder- als de bovenschemel van een schacht aan
dezelfde trapper te binden, kan die trapper niet ingetrapt worden; de verkeerd aangebonden
schacht is geblokkeerd.
Het op hoogte stellen van schachten en schemel
De schachten en schemels zijn reeds op de juiste hoogte afgesteld. Het kan zijn dat deze
afstelling op den duur correctie behoeft.
De juiste hoogte van schachten en schemels moet altijd beoordeeld en eventueel gecorrigeerd
worden terwijl ze in hun neutrale stand geblokkeerd zijn. Dit blokkeren doe je door de
blokkeerpen boven in het getouw door de gaatjes in de dwarsregels van het getouw en door de
gemerkte gaatjes van de koorden te steken. Mochten de merktekens op de koorden op den duur
wat verbleken, gebruik dan een viltstift om dat te herstellen.
De hoogte van schachtlatten en schemels kan met stappen van 12 mm versteld worden door ze
in een volgend gaatje van het koord te klikken. Voor de nauwkeurige afstelling draai je de latten
omhoog of naar beneden met de witte kartelmoeren.
Leid een koord om de schemel en steek het eind
door het laatste oog.
Leg de strop, die nu om de schemel gemaakt is,
in het keepje van de schemel, recht boven de
trapper. Haak het eind van het koord met het
laatste gat om het schroefkopje van de trapper.
Voor het veranderen van de aanbinding
behoeven de koorden niet van de schemels
afgehaald te worden. Wanneer je vanaf één kant
met het opnieuw aanbinden van de trappers
begint, kunnen de koorden die daarvoor nodig
zijn, met hun lus om de schemel naar de goede
plaats geschoven worden. Koorden die je bij de
laatste trapper over houdt, kan je opzij aan de
schemels laten hangen. Op andere schemels zal
je wat koorden moeten toevoegen.
17