Inhoudsopgave
Advertenties
INTELLIDOX-DOCKINGMODULE
Aangesloten modules tegen een wand monteren
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
BW TECHNOLOGIES BY HONEYWELL
Prepareer de modules voor montage.
1.
Koppel modules los die tot reeksen zijn samengevoegd.
2.
Ontkoppel het netsnoer, de netwerkkabel, de slang en het inlaatfilter.
3.
Verwijder de eindplaat.
Maak het achterpaneel los van de modules.
1.
Houd de module vast terwijl het achterpaneel naar u toe is gekeerd.
2.
Zoek de paneelvergrendeling bovenaan links op de module, vlakbij het
paneelscharnier.
3.
Druk stevig op de paneelvergrendeling en blijf erop drukken terwijl u het
paneel naar rechts schuift totdat de scharnierpennen vrijkomen.
Markeer de positie van de ankerpunten en boor gaten voor het eerste paneel.
1.
Houd het paneel tegen de wand op de gewenste plaats.
2.
Gebruik een potlood om tijdelijk het midden van de vier ankerpunten te
markeren en zet het achterpaneel vervolgens terzijde.
Boor een gat door het midden van elk gemarkeerd ankerpunt.
Bevestig het eerste paneel tegen de wand, waarbij de metalen beugel naar voren is
gericht. Gebruik geschikt materiaal voor elk van de vier ankerpunten. Niet te strak
aandraaien.
Klik het tweede paneel op het eerste paneel en zet het vast tegen de wand. Gebruik
geschikt materiaal voor elk van de vier ankerpunten. Niet te strak aandraaien.
Herhaal dit om indien nodig maximaal vijf aangesloten panelen te monteren.
Bevestig een module tegen het eerste paneel.
1.
Lijn de scharnieren van de module uit met de scharnierpennen op het
gemonteerde paneel. Lijn de haken op het gemonteerde paneel uit met de
haakopeningen in de module.
2.
Als de module plat tegen het gemonteerde paneel rust, drukt u het stevig
naar links om het tegen het paneel te vergrendelen. Als dit lastig gaat, maakt
u het montagemateriaal ietwat los en probeert u het opnieuw.
Bevestig een module tegen het tweede paneel en verbind deze met de eerste
module.
1.
Ontgrendel de vergrendelingsarm op de eerste module en til de arm op.
2.
Lijn de scharnieren van de volgende module uit met de scharnierpennen op
het volgende gemonteerde paneel. Lijn de haken op het volgende
gemonteerde paneel uit met de haakopeningen in de volgende module. Lijn
de verbindingspunten op de modules uit.
3.
Wanneer de volgende module plat tegen het volgende gemonteerde paneel
ligt, drukt u stevig naar links om het te vergrendelen tegen het paneel en
voor een volledige verbinding met de eerste module te zorgen.
4.
Laat de vergrendelingsarm zakken en vergrendel de arm. Herhaal dit indien
nodig om maximaal vijf modules aan te brengen en te verbinden.
Aangesloten modules voorbereiden voor gebruik
1.
Controleer of de aangesloten modules stevig zijn vastgemaakt en of de
vergrendelingsarmen omlaag gelaten en vergrendeld zijn.
2.
Bevestig de eindplaat tegen de laatste module in de reeks. Controleer of de
vergrendelingsarm naar beneden is gelaten en vergrendeld is.
3.
Sluit de inlaatfilters, slang, netwerkverbinding en het netsnoer aan.
4.
Controleer of elke module in de reeks ingeschakeld is en of er een
volgnummer voor de aansluiting wordt getoond op het LCD-scherm. Zie
LCD-scherm op pagina 10.
HANDLEIDING || MODULES IN ELKAAR ZETTEN
PAGINA
VAN 84
19
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
