JA
Dit betekent dat de kachel de ruimte moet verwarmen en dat
hij geleidelijk zijn verwarmingscapaciteit zal beginnen op te
drijven totdat het maximum vermogen bereikt is.
NEEN
Dit betekent dat de kachel zijn doel om de ruimte te verwarmen
heeft bereikt en dat zijn vermogen zal terugvallen tot het
minimum en daar zal blijven zolang de omgevingstemperatuur
niet daalt onder de op de thermostaat geprogrammeerde
temperatuur ; tenzij functie ECO-STO geactiveerd is (Zie
paragraaf 4.9.3)
Voor
een
noodzakelijk dat de omgevingsthermostaat (binnen of
buiten) de temperatuur op betrouwbare manier
weergeeft, want de correcte werking berust bijna
uitsluitend op de hierboven beschreven controle.
4.10.2. Werkingsmodaliteiten
De AUTOMATISCHE modus laat een voorbereiding toe en een bepaalde
te
bereiken
temperatuur
werkingsmodus wijzigt de kachel automatisch het thermisch vermogen
op zodanige wijze dat de temperatuur van de ruimte constant gelijk
blijft aan de vooraf vastgelegde parameter. Zoals voorheen verklaard,
wordt de temperatuur geregeld met toetsen
1 graad centigraad.
De frontale ventilatie, die in automatische modus slechts wordt
geactiveerd wanneer de kachel warm is, heeft ook 5 snelheden en het
is mogelijk deze in te stellen met toetsen
ventilatorsnelheid zal gedurende enkele seconden worden weergegeven
op het scherm (8). Deze afstelling zal worden behouden tijdens de
daaropvolgende aanschakeling.
Voorbeeld van werking :
Indien de omgevingstemperatuur, opgenomen door de locale sonde op
de kachel, 15°C bedraagt en de temperatuur, geprogrammaerd op de
thermostaat 22°C, gaat de kachel achtereenvolgens naar de maximum
temperatuur. Wanneer hij de vereiste temperatuur (22°C) heeft bereikt,
zal hij zich op het minimum vermogen stellen of in de ECO-STOP-
modus gaan (Zie paragraaf 4.9.3) Niet vergeten dat de op de
thermostaat geprogrammeerde temperatuur enkel indicatief is en dat
het aan de gebruiker is om de parameter te selecteren die het best
geschikt is voor de ruimte waarin de kachel zich bevindt (bijvoorbeeld :
er moet een temperatuur van 22°C op de thermostaat van de kachel
worden geprogrammeerd om overal 20°C te hebben). Dit is zo omdat
de omgevingsthermostaat geplaatst is bij het kachellichaam en hiervan
alle warmte opvangt. In deze modus worden de aan- en uitschakeling
uitgevoerd door de gebruiker door gedurende enkele seconden te
drukken op toets
.
Het is aanbevolen af en toe de inhoud van het reservoir te controleren
om te vermijden dat het vuur uitdooft door een gebrek aan brandstof.
Werking
PELLETKACHEL (HOUTKORRELS)
INSTALLATIE- EN BEDIENINGSINSTRUCTIES
correcte
werking
kan
worden
vastgelegd.
is
het
absoluut
In
deze
en
per stap van
en
.
De
Technische dienst - Rechten voorbehouden - Reproductie verboden
Hoofdstuk 4
Blz.
2
SE T
!
SET
22°C
1
6
Regeling van de thermostaattemperatuur (temperatuur
die de ruimte moet bereiken)
2
AIR4
!
SET
22°C
1
6
Regeling van de snelheid van de ventilator vooraan
38
3
5
4
TUR BO
3
5
4
TURBO