Inhoudsopgave
Advertenties
11 Veiligheidsinformatie
Uitvoering van werkzaamheden aan elektrische lasapparatuur is altijd verbonden met mogelijke geva-
ren.
Personen die niet op de hoogte zijn van het gebruik van dergelijke apparatuur en installaties kunnen
zichzelf en anderen schade toebrengen. Om deze reden moet het bedienend personeel worden gewe-
zen op de volgende potentiële gevaren en de ter voorkoming van mogelijke schade te nemen maatre-
gelen.
11.1
Veiligheidsvoorschriften en -maatregelen
De belangrijkste voorschriften voor de omgang met lasapparatuur en lasinstallaties zijn vastgelegd in
de voorschriften ter voorkoming van ongevallen BGV A3, TRBS 2131 en BGR 500 Kap. 2.26.
Via de verantwoordelijke bedrijfsvereniging kunnen bovendien ter aanvulling de
"
Veiligheidsvoorschriften van de bedrijfsvereniging
worden aangevraagd.
11.2
Belangrijke gevaren bij het lassen
1.) Brand en explosie
Door de vlamboog, vonken, gloeiende slakken, secundaire vlammen of warmtestraling kunnen stoffen
vlam vatten.
Verwijder alle brandbare materialen uit de omgeving en houd preventief een brandblusser onder hand-
bereik.
Er bestaat in het bijzonder gevaar voor explosie door lekkende leidingen en containers en door de ex-
plosieve materialen zelf.
Indien voorkomen van het explosiegevaar niet mogelijk is, is lassen verboden!
2.) Schadelijke stoffen
Gassen, damp, rook en stof kunnen door inademen, inslikken of via de huid worden opgenomen.
Vermijd in het bijzonder laswerkzaamheden aan verzinkte, gecoate of met ontvettingsmiddel behan-
delde materialen.
De
werkomgeving
omstandigheden zodanig zijn ingericht, dat de ademlucht vrijgehouden wordt van stoffen die een
gevaar voor de gezondheid vormen.
Om te garanderen dat de toegestane grenswaarden niet worden overschreden, moet evt. worden ge-
zorgd voor voldoende ventilatie of technische afzuiging.
60
moet
met
inachtneming
van
methoden,
materialen
"
en
toepasings-
Advertenties
Inhoudsopgave
