3
3.2 Werking
•
Compacte stookcentrale volgens EN 303 en EN 304,
bestaande uit olie- of gasbrander, regeltechniek en
ketelblok.
•
Lagetemperatuurketels volgens de richtlijn 92/42/EEG
(kenteken energie-efficiëntie: zie hfst. 8)
•
Eéntrapse werking van de brander.
•
Optioneel ruimtelucht-onafhankelijke werking voor
WTU 15-G tot WTU 30-G (toebehoren)
•
Optioneel met tussengeschakelde condensatiemodule
als uitvoering WTU 15-G-B tot WTU 30-G-B.
Bekleding
•
Eenvoudige montage en demontage door snelafslui-
tingen.
Regeling
•
Eenvoudige montage en eenvoudige elektrische aan-
sluiting via gecodeerde stekkers en voorgekableerde
aansluitingen.
•
Elektrische aansluiting vooraan.
•
Eenvoudige elektrische aansluiting door afneembare
aansluiteenheid (WRS-CPU).
•
Afneembaar bedieningstoestel voor eenvoudige
programmering en gebruik als ruimtetoestel met muur-
sokkel (toebehoren).
8
Ketelblok
•
Gietijzeren ketel met kwaliteitslabel.
•
Hydraulisch systeem om condenswater te vermijden.
•
Verticaalprincipe voor gelijkmatige warmteoverdracht
en lange levensduur.
•
Tweetreks-ketel met hete verbrandingskamer en recir-
culatie.
•
Inox verbrandingskamer voor geringe thermische
belasting van het gietijzeren ketelbloc.
•
Duurzame anti-corrosiebeschermingslaag (silicaat).
•
Spanningsarm ketelbloc uit één gietstuk voor lange
levensduur.
•
Turbulatoren voor aanpassing van de rookgas-
temperatuur
Brander
•
Vooringestelde oliebrander voor eenvoudige inbedrijf-
stelling.
•
Weishaupt olie- of gasbrander voor lage emissie van
schadelijke stoffen bij een laag geluidsniveau.