5
5.4 Checklijst afsluitende werkzaamheden aan de installatie
Mengkraanmotoren koppelen (automatisch bedrijf) en
de pompen op het gewenste toerental instellen.
Flowvalves losmaken.
Differentieeldruk-overstroomventiel instellen.
Zichtcontrole:
• dichtheid van schroefkoppeling en buisaansluitingen
• dichtheid van olieleidingen.
Gecombineerde bijluchtinrichting (toebehoren) con-
troleren. De klep moet openen bij afschakeling van de
brander. Pendelgewichten juist instellen.
Werking van de veiligheidsventielen controleren.
Werking van de schakelthermostaten controleren, b.v.
thermostaat vloerverwarming controleren door veran-
dering van de schakeltemperatuur.
Bij meerdere aangesloten verbruikers, zoals b.v. pom-
pen of mengkranen, controleren of deze daadwerkelijk
in bedrijf gesteld werden. Draairichting van de meng-
kraanmotor nazien.
Andere regelinrichtingen in het systeem aanpassen
overeenkomstig de gegevens van de fabrikant.
5.5 Voordruk expansievat en installatiedruk
De voordruk wordt berekend aan de hand van de statische
hoogte van de installatie (hoogste punt van het expansie-
vat). Let op de montagerichtlijnen WHS.
Voordruk expansievat:____________ m / bar
(10 m komt overeen met 1 bar)
Bij statische hoogte onder 5 m: 0,5 bar kiezen.
Installatiedruk 0,5 bar hoger dan voordruk
expansievat
Installatiedruk:
Voorbeeld:
10 m hoogte geeft:
voordruk expansievat 1 bar
installatiedruk 1,5 bar
32
____________ bar