Temperatuurge-
'Temperature-controlled charging' (Temperatuurgestuurd laden):
stuurd laden
De volgende instellingen kunnen bij de selectie van temperatuurgestuurd laden
worden geconfigureerd:
'automatic' (automatisch) / 'OFF' (UIT) / 'required' (vereist)
-
-
-
'Error overtemperature' (Fout bij te hoge temperatuur) 'ON' / 'OFF' (AAN / UIT)
-
-
'Warning overtemperature' (Waarschuwing bij te hoge temperatuur) 'ON' / 'OFF'
(AAN / UIT)
-
-
Voor bepaalde karakteristieken is een externe temperatuursensor nodig. Als een
dergelijke karakteristiek in de configuratiemodus wordt gekozen, dan volgt er een
mededeling dat er een externe temperatuursensor nodig is.
De volgende karakteristieken vereisen een externe temperatuursensor:
-
-
'automatic' (automatisch) ... Temperatuurafhankelijk aanpassen van laadka-
rakteristiek.
'OFF' (UIT) ... De gemeten accutemperatuur wordt genegeerd.
'required' (vereist) ...
Lading start alleen als de temperatuursensor is aangesloten.
'ON' (AAN) ... Foutmelding wordt weergegeven bij te hoge temperatuur van
accu.
Laadproces stopt en kan pas worden hervat na afkoelen en opnieuw aanslui-
ten van accu.
'OFF' (UIT) ... Geen foutmelding bij te hoge temperatuur van accu.
'ON' (AAN) ... Waarschuwing wordt weergegeven bij te hoge temperatuur van
accu.
'OFF' (UIT) ... Geen waarschuwing bij te hoge temperatuur van accu.
28 - FCC IUI - CSM WET
30 - FCC IUI - WET
Als u een karakteristiek selecteert die
een externe temperatuursensor be-
hoeft, dan verschijnt er een aanwijzing.
Bevestig de aanwijzing met de
1
toets 'Pauze / Start'.
35