Beelden bewerken (foto's)
Voordat u beelden gaat bewerken
U kunt op eenvoudige wijze beelden bewerken op deze camera. Bewerkte kopieën
worden als aparte bestanden opgeslagen.
Bewerkte kopieën worden opgeslagen met dezelfde opnamedatum en -tijd als het
origineel.
C
Beperkingen bij het bewerken van opnamen
Een beeld kan maximaal 10 keer worden bewerkt.
Mogelijk kunt u beelden van een bepaald formaat niet bewerken of kunt u bepaalde
bewerkingsfuncties niet gebruiken.
Sneleffecten: Tint of stemming veranderen
Hiermee worden opnamen bewerkt met een reeks van effecten.
U kunt kiezen uit Miniatuureffect, Fisheye, Cross-process (rood), Cross-process
(geel), Cross-process (groen), Cross-process (blauw), Zacht, Ster,
Speelgoed- camera-effect 1, Speelgoed- camera-effect 2 of Schilderij.
1
Geef de afbeelding waarop u een
effect wilt toepassen weer in
schermvullende weergave en druk
op de knop k.
2
Gebruik HIJK van de
multi-selector om het gewenste
effect te selecteren en druk op de
knop k.
Draai de zoomknop (A1) naar g (i) om over
te schakelen naar schermvullende weergave of
naar f (h) om terug te schakelen naar de
miniatuurweergave.
Druk op de knop d om af te sluiten zonder het bewerkte beeld op te slaan.
3
Selecteer Ja en druk op de knop k.
Er wordt een bewerkte kopie gemaakt.
0 0 0 4 . J P G
0 0 0 4 . J P G
1 5 / 1 1 / 2 0 1 5 1 5 : 3 0
1 5 / 1 1 / 2 0 1 5 1 5 : 3 0
Sneleffecten
Miniatuureffect
Fisheye
Cross-process
Cross-process
Cross-process
Cross-process
(geel)
(groen)
Annuleren
(rood)
(blauw)
47