Beelden maken m.b.v. de automatische functie
(Intelligent Auto Modus)
Opnamemodus:
Alle instellingen van de camera worden aangepast aan het onderwerp en de opnamecondities.
Wij raden deze manier van opnemen dus aan voor beginners of als u de instellingen wenst
over te laten aan de camera om gemakkelijker opnamen te maken.
•
De volgende functies worden automatisch geactiveerd.
–
Scènedetectie/Tegenlichtcompensatie/Intelligente ISO-gevoeligheidsbediening/Automatische
witbalans/Gezichtsdetectie/[AFS]/[Quick AF]/[Int.dynamiek]/[I.resolutie]/[i.ZOOM]/[Stabilisatie]/[AF
ass. lamp]/[Rode-ogencorr]/[Continu AF]/[Zoom-mic]
•
Beeldkwaliteit is vastgesteld op [A].
1
Stel de functieknop in op [
2
Druk de ontspanknop half in om scherp te
stellen en druk de knop helemaal in om de
opname te maken.
A Aanduiding voor de scherpstelling
•
De AF-zone B wordt door de
Gezichtsherkenningsfunctie rondom het gezicht van het
onderwerp weergegeven. In andere gevallen wordt het
weergegeven op het punt van het onderwerp dat
scherpgesteld is.
•
U kunt AF-tracking
drukken. Raadpleeg voor details P95. (AF-tracking wordt
geannuleerd door opnieuw op [FOCUS] te drukken.)
¢U kunt de functie AF Tracking niet gebruiken als
[Kleurfunctie] op [B&W] of [SEPIA] staat.
Basiskennis
].
¢
instellen door op [FOCUS] te
- 35 -
A
B