1.3 Elektrische veiligheid
1.3.1 Maatregelen voor elektrische veiligheid
WAARSCHUWING
Als u zich niet aan de navolgende instructies en voorzorgsmaatregelen
houdt, kan dit leiden tot ongevallen met dodelijke afloop of ernstig
lichamelijk letsel.
• In de pomp is een hoge spanning aanwezig, ook als de motor is
uitgeschakeld. Zorg dat het netsnoer van de pomp ontkoppeld is van
het stopcontact of de stroombron voordat u de pompbehuizing opent of
onderhoud of reparaties gaat uitvoeren. (Zie ook de veiligheidsinformatie
in paragraaf 1.3.6 van deze handleiding.)
• Controleer altijd of de pomp is gestopt en van de stroomvoorziening
is
losgekoppeld
voordat
reparatiewerkzaamheden uitvoert.
• Laat de pomp nooit onbeheerd achter op de werkplek terwijl
deze is aangesloten op de stroomvoorziening. Neem alle redelijke
veiligheidsmaatregelen om gebruik door onbevoegden te voorkomen.
• Neem maatregelen om te voorkomen dat de pomp per ongeluk wordt
ingeschakeld.
• Als het niet mogelijk is het netsnoer van de pomp uit het stopcontact te
nemen, moet de stroom bij de stroomvoorziening worden uitgeschakeld
en geblokkeerd (lockout).
• Ontkoppel de pomp altijd van de stroomvoorziening voordat u de pomp
verplaatst.
• Gebruik de pomp uitsluitend als deze kan worden in- en uitgeschakeld
met de afstandsbediening. De pomp moet vóór gebruik gerepareerd
worden.
• Zorg dat de luchtroosters van de pomp vrij zijn van obstructies, vuil en
stof.
• De pomp mag niet worden gerepareerd of gereinigd terwijl de pomp in
gebruik is of op de stroomvoorziening is aangesloten.
• Houd de pomp buiten het bereik van kinderen. Elektrische gereedschappen
mogen nooit worden gebruikt door onervaren gebruikers of door
personen die de gebruikershandleiding niet hebben gelezen.
1.3.2 Gebruik en behandeling
WAARSCHUWING
Als u zich niet aan de navolgende waarschuwingen houdt, kan dit
leiden tot ongevallen met dodelijke afloop of ernstig lichamelijk letsel.
Ook kan materiële schade ontstaan.
• Bewaar de pomp altijd binnen. Bewaar het gereedschap in een beveiligde
ruimte, om gebruik door onbevoegden te voorkomen.
• Reinig de pomp niet met een waterstraal of iets dergelijks.
• Gebruik de pomp niet wanneer een kabel of stekker beschadigd is, nadat
er een storing is opgetreden of als de pomp is gevallen of op enigerwijze
is beschadigd. Breng de pomp naar het dichtstbijzijnde erkende Enerpac-
servicecentrum voor inspectie, reparatie of elektrische of mechanische
aanpassingen.
u
inspectie-,
onderhouds-
1.3.3 Stroomtoevoer afsluiten
Als u zich niet aan de navolgende waarschuwingen houdt, kan dit
leiden tot ongevallen met dodelijke afloop of ernstig lichamelijk letsel.
Ook kan materiële schade ontstaan.
• Controleer altijd of de pomp is uitgeschakeld voordat u de stekker uit het
stopcontact neemt.
• Doe dit niet door aan het netsnoer te trekken. Altijd de stekker vasthouden,
nooit de kabel.
• Haal de stekker uit het stopcontact als de pomp niet wordt gebruikt en
voordat u onderhouds- of reinigingswerkzaamheden aan de pomp gaat
uitvoeren.
of
1.3.4 Instructies voor de aarding
Als u zich niet aan de navolgende instructies en voorzorgsmaatregelen
houdt, kan dit leiden tot ongevallen met dodelijke afloop of ernstig
lichamelijk letsel.
• De pomp moet correct worden geaard. Bij een storing of het uitvallen
van de apparatuur zorgt de aarding ervoor dat elektrische stroom via de
weg van de minste weerstand wordt afgevoerd, zodat het risico op een
elektrische schok wordt verkleind. De pomp is uitgerust met een snoer
die een aardleiding heeft.
• Het snoer heeft een geaarde stekker. Plaats de stekker in een geaard
stopcontact dat is geplaatst conform de geldende lokale wetten en
voorschriften.
• Een ondeugdelijke aansluiting van de aardleiding van de pomp kan een
elektrische schok tot gevolg hebben. De draad met groene isolatie of
groen-geel gestreepte isolatie is de aardleiding.
• Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, sluit u de pomp niet aan
op een stopcontact. Repareer of vervang de beschadigde onderdelen en
controleer of de aardleiding een juiste bedrading heeft voordat u de pomp
aansluit op een stopcontact. Neem contact op met een gekwalificeerde
elektricien als u de bedradingsinstructies voor de aardleiding niet volledig
begrijpt of als u twijfelt of de pomp correct is geaard.
• Voer geen aanpassingen uit aan de stekker die bij de pomp is geleverd.
Als de stekker niet in het stopcontact past, laat dan een gekwalificeerde
elektricien een passend stopcontact installeren.
• Raadpleeg een gekwalificeerde elektricien indien u twijfelt of een
stopcontact goed is geaard.
• De pomp is uitgerust met een netvoedingskabel en stekker voor het
nominale eenfasige voltage van de pomp. Gebruik de stekker zonder
adapter.
• Als de pomp moet worden gebruikt met een ander type elektrisch circuit,
moet de stekker worden vervangen door een gekwalificeerde elektricien.
Ook nadat de pomp weer is aangesloten, moet deze voldoen aan lokaal
geldende normen en voorschriften.
4
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING