16
Met sjabloon knabbelen
2. Matrijsdrager (7) in de gewenste richting draaien.
3. Klemschroef (14) weer met de hand vastdraaien.
4. Induikdiepte van de stempel controleren.
4.3
Met sjabloon knabbelen
Vereisten voor het knabbelen met sjabloon:
■
de sjabloon dient min. 5 mm dik te zijn.
■
De contour van de sjabloon dient een afstand van 15.5 mm
tot de te knabbelen contour hebben.
■
De knabbelmachine moet zodanig worden geleid, dat de bui-
tenkant van de stempelgeleiding (5) altijd tegen de sjabloon
aan ligt.
■
Minimumradius van 400 mm in acht nemen.
4.4
Binnenuitsnijdingen maken
Ø Startboorgat van minstens 65 mm diameter maken.
E232nl_06