Hechtende media
Instromend medium
Stromingen
Emaillering
Gasdichte doorvoer
VEGASWING 61 • Tweedraads 8/16 mA
Fig. 7: Markering op de inlassok
1
Markering
Bij horizontale inbouw in aanhechtende en taaivloeibare producten
moeten de oppervlakken van de trilvork zo mogelijk verticaal staan,
om afzettingen op de trilvork zo gering mogelijk te houden. Bij de
schroefdraaduitvoering is een markering aanwezig op de zeskant.
Daarmee kunt u de stand van de trilvork bij het inschroeven con-
troleren. Wanneer de zeskant op de vlakke pakking aanligt, kan het
schroefdraad nog ca. een halve slag verder worden gedraaid. Dat is
voldoende om de aanbevolen inbouwpositie te realiseren.
Bij flensuitvoeringen is de vork op de flensgaten uitgericht.
Bij aanhechtende en taaivloeibare producten moet de trilvork zo
mogelijk vrij in de tank steken, om afzettingen te voorkomen. Vermijdt
daarom bij horizontale inbouw sokken voor flenzen en inschroefsok-
ken.
Wanneer VEGASWING 61 in de vulstroom is ingebouwd, kan dit
ongewenste foutieve metingen tot gevolg hebben. Monteer de VE-
GASWING 61 daarom op een plaats in de tank, waar geen storende
invloeden, zoals bijv. van vulopeningen, roerwerken enz. kunnen
optreden.
Om te zorgen dat de trilvork van de VEGASWING 61 bij productbe-
wegingen zo min mogelijk weerstand biedt, moeten de oppervlakken
van de trilvork parallel aan de productbeweging staan.
Behandel geëmailleerde instrumenten bijzonder voorzichtig en
voorkom harde stoten en slagen. Neem de VEGASWING 61 pas vlak
voor de montage uit de verpakking. Plaats de VEGASWING 61 voor-
zichtig in de tankopening en voorkom daarbij aanraking met scherpe
tankonderdelen.
De gasdichte doorvoer (optie) voorkomt door een tweede afdichting
een ongecontroleerd ontsnappen van het medium. De standtijd van
de gasdichte doorvoer hangt af van de chemische bestendigheid van
het materiaal. Zie "Technische gegevens".
4 Monteren
1
15