Het uitzetdak kan niet worden bediend. Er klinkt
een waarschuwingssignaal zolang de toets van de
Mercedes-Benz Advanced Control wordt ingedrukt.
Mogelijke oorzaken:
De spanning van de extra accu ligt buiten het
R
toegestane bereik.
De accuspanning controleren.
#
Als de accuspanning binnen het toegestane
#
bereik ligt, het uitzetdak bij een gekwalifi-
ceerde werkplaats laten controleren.
Bij een te lage spanning de extra accu opladen
#
(
/
pagina 56).
Het uitzetdak vergrendelt niet.
Mogelijke oorzaken:
Het voertuig staat niet op een vlakke onder-
R
grond.
Het uitzetdak weer circa 10 cm openen.
#
Met behulp van een tweede persoon voorzich-
#
tig van bovenaf op het uitzetdak drukken.
De sluitprocedure herhalen.
#
Het uitzetdak kan niet worden bediend.
Mogelijke oorzaken:
Het uitzetdak is vanwege een te lage spanning
R
uitgeschakeld.
De extra accu opladen (
#
Het uitzetdak kan niet worden bediend.
Mogelijke oorzaken:
U hebt een toets van de Mercedes-Benz
R
Advanced Control binnen vijf seconden meer
dan vijfmaal na elkaar ingedrukt. De functie
van de toets werd daarop geblokkeerd.
Drie minuten wachten.
#
De toets opnieuw indrukken.
#
Het uitzetdak kan niet worden bediend.
Mogelijke oorzaken:
De elektrische zekering is defect.
R
De elektrische zekering vervangen .
#
De oorzaak van de defecte zekering bij een
#
gekwalificeerde werkplaats laten controleren.
pagina 56).
/
Het uitzetdak kan niet worden bediend.
Mogelijke oorzaken:
De elektronica vertoont een storing.
R
Het uitzetdak met behulp van de noodbedie-
#
ning sluiten en borgen .
De elektronica bij een gekwalificeerde werk-
#
plaats laten controleren.
Het uitzetdak kan ook met de noodbediening niet
worden gesloten.
Mogelijke oorzaken:
Een elektromotor in het uitzetdak is bescha-
R
digd.
De elektronica bij een gekwalificeerde werk-
#
plaats laten controleren en repareren.
Schuifdak
Aanwijzingen met betrekking tot het schuifdak
& WAARSCHUWING Inklemgevaar bij het
openen en sluiten van het schuifdak
Er kunnen lichaamsdelen in het bewegingsge-
bied bekneld raken.
Bij het openen en sluiten controleren dat
#
zich geen lichaamsdelen in het bewe-
gingsgebied bevinden.
Wanneer iemand bekneld raakt, direct de
#
toets loslaten.
of
Tijdens de automatische beweging de
#
toets kort in een willekeurige richting
drukken.
Het openen of sluiten wordt gestopt.
& WAARSCHUWING Inklemgevaar bij bedie-
ning van het schuifdak door kinderen
Wanneer kinderen het schuifdak bedienen,
kunnen deze bekneld raken, in het bijzonder
wanneer ze zonder toezicht zijn.
Kinderen nooit zonder toezicht in de auto
#
laten.
Bij het verlaten van de auto altijd de sleu-
#
tel meenemen en de auto vergrendelen.
Het voertuig kan zijn uitgerust met een schuifdak.
Openen en sluiten
21