Multimedia en spelletjes
109
6. Herhaal desgewenst de stappen 2 en 4.
Bij het maken van muziek heeft u de beschikking
over de volgende toetsen:
•
~
uitzetten.
•
: Volume verlagen.
•
: Volume verhogen.
•
: Tempo verlagen.
•
:Tempo verhogen.
•
: Wijzigt de weergaverichting.
•
:Verwijdert het geluidsobject.
•
: Bewerkt een object.
•
: Wisselt tussen de liniaal en het geluidsobject.
Om alleen het gekozen spoor af te spelen, drukt u op
Opties
Spoor
Om een object te bewerken, selecteert u het en gaat
u naar Opties
opties. Zie voor meer informatie pagina 110.
Om verschillende effecten toe te passen, kiest u voor
Opties
Objekt. Kies vervolgens het gewenste
effect. Om een effect te verwijderen, kiest u voor
Terugzetten.
Om een nieuwe stijl toe te passen, kiest u voor
Opties
Stijl
geluidsstijl.
Om uw opname toe te voegen, kiest u voor Opties
Naar opname. Druk op
Het geluidsobject met uw opname wordt aan het
huidige object toegevoegd.
: Geluid van het betreffende spoor aan/
Solo aan.
Objekt
Editeren
Selecteren. Selecteer de nieuwe
de gewenste
en spreek in de microfoon.